SOCIAA L ECONOMISCHE SCHETS
In de regio Zuid (Zeeland, incl. Stellendam) omvat de kottervloot circa I 15
vaartuigen. Dit komt neer op ongeveer 1/4 van de totale landelijke vloot.
De totale omzet in de schelpdiersector bedroeg in 1995 345 min. Dit is onge
veer evenveel als in voorgaande jaren. Meer dan 80% wordt in het buitenland
afgezet. De toegevoegde waarde hiervan is circa 125 min.
3. Sociaal-economische schets van Zeeland
in de periode 1998-2002: een verkenning
In dit hoofdstuk komen enkele indicaties t.a.v. de toekomstige economische
ontwikkeling aan de orde. De vooruitzichten hebben, voor zover mogelijk,
betrekking op de periode 1998-2002. Ook de langere termijn wordt waar
mogelijk in ogenschouw genomen.
Bevolking en beroepsbevolking
Wat de vooruitzichten van de bevolkingsontwikkeling betreft, heeft de provin
ciale bevolkingsprognose 1997 twee varianten: de natuurlijke aanwasvariant en
de migratievariant. Deze geven de marges aan waarbinnen verwacht wordt dat
de Zeeuwse bevolking zich zal ontwikkelen, met dien verstande dat de migratie
variant maatgevend wordt geacht voor de korte termijn en de natuurlijke aan
wasvariant voor de langere termijn. De natuurlijke aanwasvariant komt uit op
373.200 inwoners in het jaar 2002, de migratievariant komt op 376.300 inwoners
in 2002.
Volgens de natuurlijke aanwasvariant neemt de bevolking in de periode 1998-
2002 met 1,0% toe en volgens de migratievariant met 1,7%. Landelijk wordt een
bevolkingsgroei van circa 2,6% verwacht (middenvariant).
Het gehele beeld tot 2025 wordt gedomineerd door de veroudering van de
bevolking. Tot 50 jaar is er sprake van een afname van de bevolking; boven de
50 van een toename.
Volgens de natuurlijke aanwasvariant gaat de bevolking in Zeeland na 2010
dalen; volgens de migratievariant na 2020.
In 2025 zal dan de bevolking t.o.v. 1998 volgens de natuurlijke aanwasvariant
per saldo nagenoeg gelijkgebleven zijn en volgens de migratievariant met 3,8%
toegenomen. Dit staat in contrast tot de landelijke bevolkingsgroei van ruim
10% over dezelfde periode.
De lagere bevolkingsgroei in Zeeland vindt zijn weerslag in de beroepsbevol
kingsprognoses. In de volgende grafiek volgt een overzicht waarbij voor Zeeland
een vooruitberekening is gemaakt van de beroepsbevolking op basis van de pro
vinciale bevolkingsprognose en de 3 CPB-scenario's. Er worden een lage variant,
een middenvariant en een hoge variant onderscheiden:
laag: combinatie bevolkingsontwikkeling volgens de natuurlijke aanwasvariant
van de provinciale bevolkingsprognose en de participatie volgens Divided
Europe (DE);
midden: combinatie migratievariant en participatie volgens European
Coordination (EC);
hoog: combinatie migratievariant en participatie volgens Global Competition
(GC).
In een bijlage volgt een nadere verbijzondering van deze scenario's.
207