BRUG MET VLAANDEREN reren van zo'n 14.000 nieuwe jobs. Die moeten echter wel ergens vandaan komen! Ondertussen ondertekent men wel het zoveelste onschadelijke 'goede buren'-verdrag, maar men zwijgt in alle talen over een gemeenschappelijk regionale economie en ruimtelijke planning. Er worden formeel nog wel diverse interregioprojecten opgestart, maar het maatschappelijk draagvlak daarvoor komt om in ontel bare papieren, studierapporten en bijeenkomsten. Tot de ontwik keling van een reëel gemeenschappelijk project, zoals die van vlistergent (Vlissingen, Terneuzen, Gent als één gebied), komt men niet. De streekplatforms met bedrijven in Vlaanderen zoals in het Meetjesland, het Gentse, het Waasland, en het Brugse zinken al snel weg en degraderen tot goedbedoelde praatbarakken, die men dan denkgroepen noemt. Buiten de jaarlijkse recepties en ad hoe samenkomsten met de buren uit de Zeeuwse Kamer van Koop handel is er geen enkele afstemming gerealiseerd. Visionair project Waarmee zijn we bezig? Of waarmee zouden we nu eindelijk eens bezig moeten zijn? Moeten we niet eens dringend op zoek gaan naar een gemeenschappelijk visionair project, gedurfd en toch met zin voor realiteit? Een project met een draagvlak op drie niveaus: landschappelijk, cultuurhistorisch en regionaal-economisch? Sinds bijna tien jaar hebben we de Internationale Schelde Faculteit (ISF) met haar zetel te Vlissingen. Daar is een netwerk, dat gele dingen omvat op wetenschappelijk vlak (de Vlaamse en Neder landse universiteiten en hogescholen), op politiek vlak (provin cies, gemeenten in Zeeland en Vlaanderen) en op bedrijfsvlak (Kamers van Koophandel, grote en kleine ondernemingen). Er is genoeg wetenschappelijke kennis aanwezig. In het perspectief van een groenblauw Zeeland als brug met Vlaanderen bestaat er reeds een model van duurzame ontwikke ling, dat voor de Rijn-Schelde-Delta interessant is. In dat model worden zes componenten gehanteerd: menselijk potentieel, sociale infrastructuur, kennisinfrastructuur, fysieke omgeving, innovatiespeerpunten en economische infrastructuur. De toe komst van Zeeland kan langs de lijnen van afstemming tussen deze componenten worden ontwikkeld. Maar waar blijft de visio naire zienswijze van de Zeeuwen? Vele malen heb ik zelf als planoloog prikkelende referaten geproduceerd. Maar reeds meer dan twintig jaar hebben die prikkels van mij of van anderen helaas bitter weinig opgeleverd. 136

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 1998 | | pagina 138