UIT EEN VERGETEN OOOS
'"t Is halfvier reveille, luitenant!" zei de commandant der wacht.
Dus besloot ik op te blijven en maar wat te praten. De tijd was
voorbij, voor ik er erg in had. Toen eten en naar den trein, die om vijf
voor halfzeven vertrok.
Voor onze trein stond zoo'n klein geeltje, je weet well, van het Zeister
treintje. Langzaam ging het, met zooveel wagens achter zich, niet om
Getrokken door een "grote groene" met spoed over de grote rivie
ren naar het Zuiden. Over Roosendaal naar Walcheren in
Zeeland, waar je de kanonnen in Vlaanderen dagelijks kon horen
bulderen. Al was Lijesen niet graag van huis gegaan, Zeeland
beviel hem zeer.
"Ik heb Noord Brabant gezien, het land waar wij vroeger gewoond heb
ben: dennenbosschen, hei, vennen, akkers, fabriekssteden. Het haalt niet
bij Zeeland. Dit is zeer schoon. Intiem, gezellig, vruchtbaar, eigenaardig.
Zeer mooi vond ik de overgang van Noord Brabant naar Zeeland, van
heuvelland naar vlak land. Op de hellingen van deze heuvels zijn gol
vende velden, waar kleine roode daken boven uit schitteren met hier en
daar een torentje, een molen, een boomgroepje.
Ik zal hieronder probeeren een schetsje te maken, ofschoon ik
de roode daken die zoo aardig staan niet kan aangeven.
Welvarend is de indruk van Zeeland. Bosschen in den zin zooals wij ze
veronderstellen vindt men niet, behoudens een enkele uitzondering bij
Domburg op Walcheren. Die hetzelfde en die verschillende kreekjes zijn
een vlakte slijk en modder wanneer de zee laag is.
198