57 was gebroken konden we terug naar ons huis. Daar was veel kapot. Eten scharrel den we bij elkaar met strandjutten. Op het strand lagen veel spullen van getorpedeer de schepen, waaronder nogal wat blikvoer. Daar hadden we vooralsnog genoeg aan. Omdat de zolder van ons huis nog enigs zins bewoonbaar was, bivakkeerden we daar een tijdje. Na een paar dagen vonden we op onze voordeur een briefje van iemand die ver derop in de Scheldestraat woonde. Het was van meneer Luitwieler, hopman en schipper bij de padvinderij. Op het briefje stond geschreven: "Jan, als je zin hebt, kun je met je broer bij mij komen." Dat hebben we toen gedaan. Tot het volgende voorjaar ben ik daar gebleven. Mijn broer tje mocht met Kerstmis naar Gent, waar hij werd opgevangen in een pleeggezin. Luitwieler was een fijne man. Hij was niet getrouwd, maar woonde samen met een huishoudster. Na een paar maanden kwamen mijn ou ders terug, eerst vader en toen moeder. Langzamerhand nam het gewone leven weer zijn gang. Heel Walcheren stond on der water, maar we waren bevrijd. Net als de meeste huizen in Vlissingen had ook het onze veel schade opgelopen. Maar we waren optimistisch, en ook heel blij. De draad weer opgepakt Moeder heeft het lang heel moeilijk gehad met de verminking van haar gezicht. Ten tijde van de bevrijding was ze 38 jaar en een mooie vrouw. Ze praatte er weinig over, maar ik zag haar een keer lang voor de spiegel staan. Onder haar rechteroog, dat enigszins afhing, zat een diepe put. Ze zag er verdrietig uit en ik kreeg medelijden met haar. Ze draaide zich om en zag dat ik naar haar keek. Ik probeerde haar te troos ten: "Maar moeder, je lééft toch nog..." "Jawel", antwoordde ze, "maar ik ben nog zo jong." Later werd ze verschillende keren geope reerd en daarmee kwam het een heel eind in orde. Met het klimmen der jaren - rim- Gewonden wachten op vervoer naar het zie kenhuis na te zijn geëvacueerd uit Vlissingen, Breskens, 2 november 1944. (Commons wiki- media.org) pels, een bril - werd het litteken nagenoeg onzichtbaar. Vader kon door de opgelopen verwondin gen aan zijn rug zijn werk niet meer aan. Hij kreeg een baan bij de schade-enquête commissie. Moeder bleef de winkel nog een tijdje doen, maar al snel werd de ta baksverkoop vrijgegeven en toen verkocht ze de zaak. Wij verhuisden naar een huis verderop in de Scheldestraat. In 1949 deed ik eindexamen hbs-B. Vlak daarvoor werd ik opgeroepen voor de mi litaire dienst om, zoals dat toen genoemd werd, rust en orde te gaan brengen in Ne- JAAR BEVRIJD

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2019 | | pagina 59