54
van het enorme passagiersschip met het
bouwnummer 214 dat op de Scheldewerf
lag, de latere Willem Ruys. Die lag al jaren
hoog boven de stad uit torenend, bij het
uitbreken van de oorlog al bijna klaar om
te water gelaten te worden en intussen
een vertrouwd beeld voor de Vlissingers.
Als dit schip onbeschadigd zou blijven, zou
het kunnen gaan dienen als troepentrans
portschip naar Japan en daarom was het
voor de geallieerden van groot belang. De
hoogste legerleiding in Engeland maakte
een nadere afweging, waarop Churchill
een telegram stuurde. Hij beval de gereed
staande bommenwerpers het bombarde
ment op Vlissingen af te gelasten.
Aan deze beslissing heb ik mijn leven te
danken, en velen met mij. Zoveel geweld
Gat in de Nolledijk in Vlissingen, oktober 1944.
(fotocollectie Gemeentearchief Vlissingen, Dert,
glasneg. dig.nr. 424.423.11785)
hadden wij ongetwijfeld niet kunnen door
staan. Het getal 214 heeft voor mij nog
altijd een grote symbolische betekenis.
In veiligheid
De infanterie moest het nu verder maar
opknappen. Huis na huis werd Vlissingen
veroverd. Via achtertuintjes en vurend
door wc-raampjes vorderden ze gestaag.
En zo bereikten ze die nacht de plek waar
mijn ouders, mijn broertje en ik verscholen
lagen. Voorafgaand aan de verovering was
er in die vroege ochtend de fatale granaat
inslag...
Vlak daarna hield het schieten op. Ik hoor
de haastige voetstappen op straat en ging
naar buiten. Het waren buurtgenoten. Ze
riepen me toe dat er een kort staakt-het-
vuren was om de burgerbevolking de kans
te bieden zich uit de voeten te maken. Dat
gold ook voor ons, dus liep ik met mijn
vader hangend op mijn rug, mijn moeder
WALCHEREN