16
c.v.fi.&unckT
'999
Schuilend tijdens luchtalarm. Verkuijl Quakke-
laarstraat, Vlissingen, 1940. (fotocollectie Ge
meentearchief Vlissingen, Cees van der Burght,
gewassen inkt, 115D8)
de nacht van Zondag op Maandag lagen
we nog al te schudden. En water geen
gebrek, tenminste zeewater niet, want ze
hadden helaas de waterleiding ook kapot
gegooid (die nog niet is gemaakt). O ja,
de Ritthemse dijk ging ook tegelijkertijd en
toen kregen we de ellende, waar we nu
nog steeds mee zitten, ons hele eiland liep
onder. En niet zachtjes aan, hoor, maar
ineens. Zondagmiddag stond alles al blank
en tot overmaat van ramp moest 's Maan
dags de dijk van Veere het ontgelden, (dat
is het grootste gat). Zodoende hebben wij
die Zondag geen sabbath gehad, want
we moesten allemaal gaan redden. Wat
was er toen veel ellende, als je dat gezien
had, net als op een plaatje van vroeger.
Boerewagens vol met meubels, kinderen,
schapen, geiten, kippen en dan die paar
den tot hun borst in 't water. Daar stonden
wij allemaal bij te huilen. En 't water kwam
steeds verder. Als je dat zag, dat sommige
mensen uit het dak gehaald werden, waar
eerst een gat ingezaagd moest worden,
omdat zij er anders niet uitkonden."
Glas en puin
De strijd kwam heel dichtbij toen uiteinde
lijk ook in de Verkuijl Quakkelaarstraat de
hel losbarstte.
"In de nacht van 29 op 30 October hebben
de Duitsers de haven opgeblazen. Daar
is geen stukje van heel. De ruiten vlogen
er overal uit, want dat waren klappen, dat
begrijpt U. De ondergrondse was 's avonds
WALCHEREN