23
De hoofdredacteur van De Wete, Peter Blom,
op een Veers bankje.
ris') ligt in Fife, aan de noordoever van de
zeearm de Firth of Forth. In de late zes
tiende eeuw werd het een belangrijke han
delsplaats toen Sir George Bruce, een
vooruitstrevende koopman uit het nabijge
legen Carnock, het initiatief nam tot steen-
kool- en zoutwinning in dit gebied. Steen
kool was te vinden in onderzeese lagen
voor de kust bij Culross; de kleinere kool
tjes, die ongeschikt voor de verkoop wa
ren, werden gebruikt bij de winning van
zeezout uit zoutpannen. In dezelfde perio
de verwierf Culross het monopolie van de
productie van baking girdles, ijzeren platen
voor het bakken van platte broden en koe
ken.
Dat Culross welvarend was blijkt ook uit de
aanwijzing in 1592 tot royal burgh. Een
royal burgh is een door de Schotse koning
aangewezen handelscentrum. Rond 1700
waren er 70 van die koninklijke koopste
den. Elke royal burgh beschikte over een
officiële oorkonde (een royal chartei), was
vertegenwoordigd in het Schotse parle
ment en mocht een baillie aanstellen, een
magistraat met vergaande bevoegdheden
op het gebied van onder meer de recht
spraak.
Culross groeide flink aan het eind van de
zestiende eeuw en werd in de regio na
Perth de grootste in omvang. De stad ont
wikkelde sterke handelsrelaties met Noord-
Europese landen. Steenkool en zout wer
den niet alleen voor de lokale markt gepro
duceerd maar werden ook geëxporteerd
naar Scandinavië en de Lage Landen.
Veere speelde in deze handel een grote
rol. Tussen 1541 en 1799 was Veere de of
ficiële stapelplaats voor de Schotse handel
in de Nederlanden.
Helaas duurde de periode van welvaart
voor Culross niet lang. In maart 1625 ver
woestte een zware storm de kolenmijnen
van George Bruce zodanig dat ze niet
meer konden worden hersteld. Het gebrek
aan steenkool had ook weer negatieve ge
volgen voor de zoutindustrie. Daarnaast
konden er in Falkirk veel goedkopere
baking girdles worden geproduceerd, zo
dat ook die nijverheid voor Culross weg-
viel. Tussen 1755 en 1791 liep het aantal
inwoners dan ook danig terug. Net als Vee
re werd het een 'dode stad'.
In 1932 verwierf de National Trust for Scot-
land Culross Palace, nu het bekendste mo
nument in het stadje. Dit was het woonhuis
dat Sir George Bruce in de late zestiende
eeuw had laten bouwen. Het gebouw be
vat Hollandse dakpannen en vloer- en
wandtegels die destijds door Schotse
schepen uit de Lage Landen zijn meege
nomen.
In de loop van de tijd is het stadje in zijn