16
toedienen. Vervolgens greep hij Abraham
vast, rukte hem van het bed en smeet hem
op de grond. Daarna begon hij te slaan, te
schoppen en te bijten.
Na de mishandeling glipte Hubertus onge
hinderd de achterdeur uit, terwijl zijn
slachtoffer bloedend naar de voordeur
strompelde, waar hij luidkeels begon te
roepen dat er in zijn huis geweld werd ge
pleegd.
In zijn hemd
Toen chirurgijn Samuel Jochemsen rond
middernacht de slaapkamer van de predi
kant binnenkwam trof hij hem zittend naast
zijn bed aan. Hij huilde en was bezig zijn
kousen aan te trekken. Eén had hij er al
half aan, de andere hield hij in zijn hand.
Tijdens de mishandeling had hij niet meer
aan gehad dan "sijn hemde, sonder onder-
broeck of kleren". Erna had hij zijn Japan
se tabbaard (overkleed) aangetrokken. Sa
muel merkte dat Abraham in shock ver
keerde. Met horten en stoten vertelde hij
snikkend wat hem was overkomen. Hij
wekte daarbij zoveel medelijden op dat
ook Samuel moeite had zijn tranen te be
dwingen.
Toen de chirurgijn Abraham had onder
zocht bleek deze flinke verwondingen aan
zijn knieën en handen te hebben, de laat
ste veroorzaakt doordat Hubertus hem had
gebeten. In totaal moesten er zeven won
den worden behandeld. Om de pijn te ver
zachten besloot de chirurgijn Abraham
ader te laten. Terwijl hij daarmee bezig was
gaf Abraham de dienstmeisjes opdracht
het toegestroomde volk binnen te laten zo
dat ze met eigen ogen konden zien wat er
zich in het huis had afgespeeld. Sara, die
ook de kamer binnenkwam, verontschul
digde zich tegen de chirurgijn met de op
merking dat zij er niets aan kon doen dat
haar broer haar man zo had toegetakeld.
De volgende dag stelde Samuel Jochem
sen de baljuw van de mishandeling op de
hoogte. Op dinsdag kwam hij terug om
Abrahams wonden opnieuw te verbinden.
Vooral diens duim was er slecht aan toe. In
de kamer was ook Pieter Duvelaer, advo
caat en broer van Abraham. Hij vroeg Sara
wat haar broer zo nodig op die bewuste
zondagavond laat tegen haar man te zeg
gen had gehad en hem daarvoor zelfs
wakker had moeten maken. Sara ant
woordde dat hij boos was vanwege haar
hoofdkap en dat Abraham gedreigd had de
magistraat in te schakelen als Hubertus
hem er nog langer mee lastig zou vallen.
Pieter antwoordde dat hij wel kon geloven
dat er over haar kap was gesproken, maar
niet dat zijn broer met de magistraat had
gedreigd.
Roddels
Nadat Hubertus' geweld in de openbaar
heid was gekomen en de zaak bij het ge
rechtshof aanhangig was gemaakt, was
hem er alles aan gelegen de schuld in de
schoenen van zijn zwager te schuiven.
Daarom bracht hij de roddel in omloop dat
Abraham Duvelaer op de bewuste avond
eind juni stomdronken op de achterplaats
van het sterfhuis van zijn moeder zo tekeer
was gegaan. Het dienstmeisje moest het
aan iedereen die ze tegenkwam vertellen.
En niet zonder succes, want op een onder
onsje op de hofstede van de heer Seroos-
kerke zei Cornelia Calis dat ze het toch
wel erg voor de domineesvrouw vond om
met zo'n zuiplap te moeten samenwonen.
Hoewel mevrouw Serooskerke haar ver
maande omdat de dominee geen drank
probleem had, zei Clasina, toen mevrouw