Een andere
Huygens
V
"Dat de jongens hem nog met stront sullen gooyen"
Loden penning van het Veerse kleermakersgil
de, zeventiende eeuw. (coll. J.H. Midavaine)
Nieuwe kleren
Het beloofde voor Abraham Duvelaer en
Sara Huygens uit Veere een onvergetelijke
dag te worden. Abraham, die hier al een
jaar predikant was, was verliefd geworden
op de 23-jarige domineesdochter Sara uit
de Wijngaardstraat en op deze mooie zo
merdag begin juni 1676 zouden ze elkaar
in de Grote Kerk het jawoord geven. Een
collega van Abraham zou het huwelijk vol
trekken. Sara's vader was vijftien jaar gele
den gestorven, maar haar moeder kon er
gelukkig wel bij zijn. Het was voor haar
een bijzondere dag want, al was Sara de
jongste van de drie, ze was de eerste die
in het huwelijksbootje stapte.
Ver hoefde het bruidspaar niet te lopen
want de kerk stond slechts een paar hon
derd meter van het woonhuis van Sara
vandaan. Toen ze binnengingen zat de
kerk al vol belangstellenden. Onder hen de
kleermakers Frangois Hollaer en Anthonie
Paulussen die, net als de anderen, be
nieuwd waren naar de kleding die het
bruidspaar zou dragen. Meteen al bij bin
nenkomst zagen ze dat Sara en Abraham
nieuwe kleren aan hadden; er zat geen
vouwtje of kreukje in, wat bij gedragen kle
ding toen altijd het geval was. Ze keken el
kaar eens aan en vroegen zich af wie die
kleren genaaid zou kunnen hebben. Antho
nie, die behalve kleermaker ook loopjon
gen van het kleermakersgilde was, kon
zich niet herinneren dat iemand uit Veere
de kleding had gemaakt en ook niet dat de
boete - die moest worden voldaan voor
nieuwe kleding die de stad was ingevoerd
- aan het gilde was betaald.
De deur dicht
Na afloop van de dienst gingen de twee
kleermakers naar de overdeken (voorzitter)
van het gilde om hem van hun verdenkin
gen op de hoogte te stellen. Besloten werd
dat ze nog diezelfde dag een bezoek aan
de dominee zouden brengen om zich er
van te overtuigen dat zijn pak echt nieuw
was en als dat zo zou zijn meteen de boe
te te innen. Op het eind van de middag
stapten ze welgemoed naar het huis van
de bruid, waar het bruiloftsmaal in volle
gang was. Nadat ze aangebeld hadden
deed dominee zelf de deur open. Zijn nieu
we pak had hij nog aan. De kleermakers
konden nu echt goed zien dat het nieuw
was en vroegen hem meteen de vereiste
boete te betalen. De predikant haalde ech
ter zijn schouders op en zei dat ze eerst
maar eens moesten bewijzen dat zijn pak
nieuw was. Daarop smeet hij de deur voor
hun verbouwereerde gezichten dicht. On
verrichter zake keerden de kleermakers
naar het huis van de overdeken terug.