4 Bouw van sluizen in het Kanaal door Zuid- Beveland in de buurt van Wemeldinge, 1865. Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland, rec.nr. 08936) sen Amsterdam en Haarlem - was nog maar net aangelegd, in 1839. Slechts zes jaar later, in 1845, publiceerde Dronkers een brochure getiteld Enige beschouwin gen over het daarstellen van een spoor weg uit de hoofdstad van Zeeland naar Brabant en Limburg. Sommigen vonden dat project, gezien de slechte economi sche toestand in die tijd, een goed middel voor verbetering van de bestaande toe stand, maar door anderen werd Dronkers voor gek verklaard. De regering was echter positief en in 1846 kreeg hij al een vergun ning voor de aanleg van "een ijzeren spoorweg tussen Middelburg, via Brabant, naar Limburg". Kanaal Door allerlei problemen, onder andere door gebrek aan financiering en door te genwerking van bepaalde personen, kon Dronkers' ambitieuze plan niet ten uitvoer worden gebracht. Voor hem was dat echter geen reden om bij de pakken neer te zit ten. Hij ging zich alvast bezighouden met het aanleggen van dammen in het Sloe en in het Kreekrak bij Bergen op Zoom, nodig om in de toekomst een spoorlijn te kunnen aanleggen. Dat was overigens geen peu lenschilletje, want om het Kreekrak te kun nen afsluiten moest eerst volgens het - thans nóg beruchte - Scheidingsverdrag van België (1839) de scheepvaart van en naar Antwerpen veiliggesteld worden. Dat hield onder andere in dat er een nieuw ka naal dwars door Zuid-Beveland gegraven moest worden. Het lukte Dronkers om, on der leiding van een Engelse maatschappij en met medewerking van Franse en Belgi sche investeerders, dit plan ten uitvoer te laten brengen. Althans gedeeltelijk, want door vertraging en tegenvallers tijdens het graven van het kanaal heeft uiteindelijk de staat het werk moeten laten uitvoeren. Ook een in 1853 door Dronkers aange vraagde vergunning voor de aanleg van de spoorlijn liep door allerlei bezwaren en te genwerking op niets uit. Weer was het de staat die tot groot verdriet van Dronkers aanleg én exploitatie op zich nam. Zo ont stond er een Staatsspoorweg van Middel-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2015 | | pagina 6