Abel ]anszoon Tasman (Lutjegast 1603 - Bata via 10 oktober 1659). (particuliere collectie) len door de scherpheijt des wints, dit eijlandt vertoont hem als 2 vrouwen bor sten, als het oost ten noorden van u is 6 mijlen."2 Aan dit eiland werd de naam Hooge Pijl- staerts eijlandt gegeven, omdat er zoveel pijlstaarten waren. Met een "topseijls coel- te" (windkracht 2) werd verder gezeild. Een dag later werd, nadat er 24 zeemijl noord oost ten oosten was afgelegd, om één uur 's middags ten oosten van de schepen op ongeveer acht mijl afstand een eiland ge zien. Hier werd op klein zeil op aange koerst. Later bevond zich een zuidelijk ei land op ongeveer vijf mijl oostelijk ten zui den van de schepen. De koers werd ver legd naar een noordelijk gelegen eiland. Vervolgens werd een koers langs de noordwestelijke zijde van dit eiland gevolgd om voorbij de noordelijke punt het anker te laten vallen. Vanaf die positie werd duide lijk dat er een kleine zeestraat tussen de eilanden liep en was het zeker dat het om twee eilanden ging: "Wij conden tusschen beijden door zien. 't Zcheen ontrent 1Vz mijl wijdt te wezen, waer van het zuijdtoos- telijckste 't hooghste was, sijnde 't noorde- lijcxte een laech eijlandt, evenals Hollandt is. 't Noordelijcxte hebben wij de name ge geven van Amsterdam, ter oorzaecke d'o- vervloet van verversinge, die [we] aldaer bequamen; het zuijdelijcxte noemden wij Middelburch."3 Tasman ankerde dus aan de noordelijke kust van het eiland Amsterdam en zou zelf Middelburch nooit bezoeken. Diezelfde middag, 21 juli 1643, arriveerde er een kleine prauw met drie man bij het schip: "Zij lieden waren naeckt, van bruijne colui er ende wat meer als gemeene langhte hadden niet anders als een cleijn olijck cleetien voor haer mannelijckheijt."4 Vanaf het schip werden lijnwaad, een stuk hout met twee spijkers, een Chinees spie geltje, een ketting en kralen overboord ge gooid naar de eilandbewoners. Op hun beurt schonken deze de bemanning aan een lijn bevestigde vishaken, gemaakt van een parelmoerschelp, in de vorm van een kleine sardine. Met behulp van een kokos- noot en een kip werd de eilandbewoners duidelijk gemaakt dat men dit voedsel no dig had. Zij verdwenen, maar later die mid dag stond het strand vol met mannen die met witte vaantjes zwaaiden. Nadat de Ne derlanders dit teken hadden beantwoord met het hijsen van een witte vlag werd er druk geruild tussen de prauwen en het Ne derlandse schip: spiegels, kraaltjes, katoen en spijkers in ruil voor kokosnoten, bakba nanen, yams (wortelknollen) en varkens. De bemanning constateerde niet zonder verbazing dat bij de vriendelijke eilandbe woners geen wapens te bekennen waren. Diezelfde middag kwam het opperhoofd aan boord en werd hem een roemer (drinkbeker) wijn aangeboden. Om het ver trouwen van de eilandbewoners te winnen dronk de bemanning eerst; de eilandbewo ners namen de bekers wel aan, maar gooi-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2015 | | pagina 35