vanuit zijn schommelende boot overzag hij het toneel. "Dat we midden in een mijnenveld zaten was wel duidelijk, en ook dat we slacht offer waren geworden van een antitank mijn. De man realiseerde zich heel goed dat er ook antipersoneelsmijnen aanwezig waren die zijn bootje in stukken konden doen vliegen. Dat was zijn grootste zorg. Toen hij zijn plan had getrokken roeide hij naar ons toe, maar hij maakte daarbij een grote boog rond de ingang van het veld voor hij bij ons aanmeerde." Redding "Inmiddels was het water binnen de Buffa lo donkerroze gekleurd en heel het water oppervlak rond het wrak was bedekt met een laag benzine en olie. We stonken alle maal naar benzine. De man in de roeiboot sprak me aan in het Nederlands wat ik niet verstond, maar de gebaren waren duidelijk en ik wees vragend naar de riemen. Hij knikte instemmend. "Voorzichtig en met veel moeite door het gewicht van zijn doornatte kleding, tilden we de chauffeur in het bootje, hij botste met zijn hoofd tegen het achtereind van de boot. Terwijl we de sergeant-majoor en sol daat Whitecross onder het toezicht van de verzorger achterlieten, voeren we via de uitgang naar de andere Buffalo. Daar aan gekomen namen helpende handen het slachtoffer over en roeide ik terug voor een volgende lading, daarbij de route die de burger had aangegeven nauwlettend vol gend. Toen we zo'n twintig yards van het wrak af waren brak de hel los. Granaten kwamen fluitend neer en sloegen in bij de Buffalo en de ondergelopen bunker. Onze eerste indruk was dat dit vijandelijk vuur was, maar al snel werd duidelijk dat het uit de richting van Vlissingen kwam. Als een gek roeide ik naar het wrak en zocht dek king aan de binnenkant ervan. Ik ging er van uit dat het kleine beetje staal boven het water, hoewel niet gepantserd, me zou beschermen tegen de scherven die over het water gierden. Na wat een eindeloze tijd leek stopte het vuren en werd het drei gend stil." Gordijnen Uiteindelijk konden de gewonden uit het gebied worden weggehaald en werd de nacht doorgebracht in een geïnundeerde woning. Daar werden de gewonden in de twee slaapkamers aan de voorkant ver zorgd. De mobiele gewonden vonden on derdak in de naastgelegen woning, die te bereiken was via het dak. Jack Hall: "Soldaat Winship en ik kozen er voor bij de gewonden te blijven. Ik ging nog wel even terug naar de afgemeerde Buffalo om de burger te danken voor zijn hulp, maar ik was te laat, hij was alweer teruggeroeid. Een van de hospiks vertelde me later dat het een Nederlandse politie man was. Zijn hulp was voor ons van on schatbare waarde geweest." 's Nachts liet Jack zijn gedachten gaan over de schuilplaats, een moderne rijtjes woning. "Er waren daar duidelijke sporen van een snelle evacuatie door de bewo ners. Er waren geen meubels van de be nedenverdieping naar boven gebracht en de slaapkamers zagen eruit of men net was opgestaan. Het water bereikte de bo venzijde van de trap bij de overloop, waar mijn maat en ik trachtten een kachel aan te steken. De ruimte vulde zich al snel met dichte rook, hetgeen aangaf dat de schoorsteen verstopt was, en we doofden het vuur snel."

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2014 | | pagina 26