Medische Politie. 33 Laatste Vadertje In 1990 begon ik met het schrijven van artikelen gebaseerd op de uitdrukkin gen van Jan Vader (1875-1966). Hij heeft schriften vol met wetenswaardig heden en uitdrukkingen over Walche ren geschreven. Ik heb altijd met veel plezier aan de 'Vadertjes' gewerkt en hoop zo een kleine bijdrage te hebben geleverd aan het behoud van dit stukje heemkunde. Om met een uitdrukking van Jan Va der te eindigen, zeg ik met een knip oog: Je moet 'r de rouwmantel nie vö omslae (je moet er niet om treuren). Frans van den Driest is, is het toch nog niet helemaal verdwe nen. In 2013 hebben leden van de Stich ting Op Goede Gronden in Veere een voor raad Zeeuwse Witte gedorst. Van het meel is brood en witbier gemaakt. Frans van den Driest 1. In granen kan legering tot aanzienlijke op- brengstverliezen leiden. Legering treedt vooral op in zware en dichte gewasbestanden, veelal ontstaan door een ruime stikstofbemesting. De stengelvoet kan zich dan niet volledig ontwik kelen, wat de stevigheid ervan beperkt. Bij zware neerslag en veel wind kan de zwakke stengelvoet gemakkelijk gaan knikken. Legering kan al plaatshebben wanneer de aar tevoor schijn komt. Vaak treedt legering echter op na de bloei, wanneer het gewas nog bladrijk is en het gewicht van de aar toeneemt. 2. Schimmel die op de aren groeit. Het consu meren ervan kan leiden tot hallucinaties, darm krampen en doorbloedingsproblemen, waardoor vingers en tenen afsterven. Voor een volwassen persoon kan vijf tot tien gram moederkoren al dodelijk zijn. Deze schimmel werd vroeger ge bruikt door vroedvrouwen om weeën op gang te brengen, vandaar de naam moederkoren. Door het gebruik van ontsmet zaaizaad komt de aantasting bijna niet meer voor. 3. Een Walcherse mud(de) tarwe is 78 kilo. 4. Schimmel die ontstaat tijdens de kieming van het zaad en zich vestigt in de plant, net onder het groeipunt. Hierdoor wordt de schim mel tijdens de groei mee getransporteerd. De aantasting komt pas aan het licht als de aar is Gevaarlijke zelfstandigheid in. de rogge en tarwe. De burgemeester en -wethouders van Middelburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings in Zeeland van den 6 September II. A, no. 3399 (provinciaal blad no. 81): brengen naar aanleiding daarvan teralgemoene kennis, dat in een gedeelte van het eiland Wal cheren, in de aren van rogge en tarwe veelvuldig het zoogenaamdo moederkoorn, ook wel genaamd haneepoor is waargenomen, cene zeer gevaarlijke zelfstandigheid, die als zoodanig in eenigszins aanzienlijke hoeveelheid in het voedsel van den mensch opgenomen, door hare vergiftige eigen schappen, aanleiding kan geven tot bedenkelijke toeval en (ergotismus) zij vestigen daarop inzonderheid de aandacht van de landbouwer-, molenaars en bakkers in deze gemeente, met aanbeveling om het moeder koorn te verwijderen, wanneer bij de bewerking van rogge en tarwe mocht blijken dat deze graausoorten cr mcdo vermengd zijn, en herin neren de bolanghebbeuden aan de strafbepalingen der wet van 19 Mei 1829 Staatsblad uo. 35), tegen het verkoopen van met vergiftige of vooi de gezondheid schadelijke bestanddeelen vermeng de levensmiddelen. Middelburg, den 12 September 1879. De burgemeester en wethouders voornoemd, N. C. LAMBRECHTSEN VAN R1TTHEM. (I. b.) De secretaris, J. W. DE RAAD, ls.) Waarschuwing voor de aanwezigheid van moe derkoren in de rogge- en tarweoogst. (Kranten bank Zeeland, Middelburgsche Courant, 15 september 1879, pag. 1)

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2014 | | pagina 39