.m
Een Vlissinger colporteert met de NSB-krant
'Volk en Vaderland', ca. 1943. (Zeeuwse Bibli
otheek, Beeldbank Zeeland, recordnr. 36325)
maar het had net zo goed anders kunnen
aflopen.
De Oranjehaat van de Landwacht was
trouwens ook al eens gebleken tijdens een
huiszoeking bij smid Timmerman in de Ne-
derstraat. Daar werd een armband van zil
veren dubbeltjes meegenomen en een
portret van Juliana en Bernhard op de
grond gesmeten, waarbij Bierens vroeg:
"Denk je dat dat stelletje nog terugkomt?"
Timmerman hield zich wijselijk op de vlak
te.
Het einde
Medio augustus 1944 rapporteerde dis
trictscommandant Dekker aan zijn baas in
Den Haag hoe de zaak er in Zeeland voor
stond. Dat was niet best, de stemming in
de afdelingen was slecht omdat sommige
partij-instanties de Landwacht tegenwerk
ten. Op avonden van de Landwacht lieten
zij bijvoorbeeld hun personeel overwerken.
Ook de uniformering liet te wensen over,
er was gebrek aan schoeisel en kapotte
schoenen konden niet worden gerepa
reerd. Verder verliep de betaling van de
hulplandwachters slecht en de personele
bezetting van de diverse afdelingen was
nog steeds onder de maat. Al met al geen
rooskleurig beeld. Dekker zag wel een
lichtpuntje: de samenwerking met de WA,
de SS en de Duitse autoriteiten was goed.
Op 31 augustus werd voor de hele Land
wacht de alarmtoestand afgekondigd, ie
dereen moest in de kazerne zijn. Hoofd-
stormleider Jan Dekker was die dag in
Middelburg en Bierens vroeg hem wat hij
moest doen bij nadering van de geallieer
den. Dekker gaf hem het advies te hande
len naar omstandigheden.
Op 4 september waren Bierens en Emans
in de kazerne. Emans kreeg opdracht zich
met zijn mannen in Goes te melden. Maar
wat moesten de hulplandwachters doen?
Bierens ging naar het kringhuis van de
NSB in de Kromme Weele. Daar deelde
kringleider Rosier mee dat hij opdracht
had alle NSB'ers met hun gezinnen buiten
Zeeland te brengen.
De volgende dag - Dolle Dinsdag - verlie-
ten de meeste NSB'ers en landwachters
per trein de provincie. De Walcherse Land
wacht viel daarna uiteen. Bierens kwam
aanvankelijk in Utrecht en daarna in Rot
terdam terecht. Nog weer later deed hij
dienst als bewaker van spoorlijnen in Over
ijssel.
Een aantal landwachters reisde naar