27 Schoutstraat, Oost-Souburg, ca. 1925. Vanaf 1934 de Van Teijlingenstraat. Het huis met het balkon is thans van Kaljouw. Prentbriefkaart, uitg. A. Kruithof. (Zeeuwse Bibliotheek, Beeld bank Zeeland, recordnr. 17130) huizen drie a vier gulden. Ter vergelijking: een landarbeider verdiende in die tijd am per zes gulden per week, zeker in de win tertijd, maar er waren ook woningen te huur voor één a twee gulden per week. In de periode 1920 tot 1926 hebben er ver scheidene gezinnen gewoond, onder an deren Johannes Nederlof, korporaal-botte lier bij de marine, met vrouw en zoontje. Na hem kwam weer een marineman, kor- poraal-torpedist Johannes Jacobus de Rui ter, met vrouw en drie kinderen. Daarna woonde er een fabrieksarbeider, Willem Joosse. Mogelijk werkte hij bij De Schelde, zoals zoveel Souburgers. In 1927 woonde Buurmans zoon Hendrik er met zijn vrouw Sara Labeur, maar deze is kort na het overlijden van zijn ouders in 1926 en 1927 vanuit de Schoutstraat B225 naar Vlissin- gen vertrokken. mers was een alkoof, een klein donker tus- senkamertje, waar de bewoners konden slapen. Dat was beter dan in een bedstee, want dat waren afgesloten 'kasten' met een verdiept stenen vloertje en daardoor vochtig met vaak een akelig muffe lucht. Buurman verhuisde in het voorjaar van 1914 terug naar zijn vroegere adres Oude Markt 6 in Vlissingen waar hij ook zijn café had. Maar van 1917 tot 1919 woont hij weer in zijn nieuwe huis aan de Schout straat. Toen stond hij ingeschreven als koopman van goud en zilver en als agent van een fabriek. Duiventil Van 1920 tot 1926 werd het pand ver huurd, en het leek toen wel een duiventil. Soms woonden de huurders er nog geen jaar of zelfs maar enkele maanden. Dat was toen ook niet ongewoon, want huur contracten waren er nog niet en een huis baas kon de huurders dan ook met onmid dellijke ingang de huur opzeggen. Voor het huis van Buurman moest vijf gulden per week betaald worden en voor de andere

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2013 | | pagina 33