16 te weerberichten doorgaven, want dan kwam de tonnenlegger niet met de aflos- ploeg. Die mannen gingen er dan namelijk bij voorbaat al vanuit dat het vanwege de zeegang niet zou lukken om de bemanning met de jol over te zetten. "Op het vuurschip werd altijd goed uitkijk gehouden, vooral tijdens mistperiodes. In Waarschijnlijk lichtschip Nr. 8 Maas op positie Noord Hinder, ca. 1970. Linksboven stuurman Alex Haarsma, rechtsonder zittend kapitein E. Roobol. De andere personen zijn KNMI'ers. (foto coll. A. Haarsma) zulke periodes was er altijd wel een kapi tein van een zeeschip die voor alle zeker heid de naam Noord Hinder op de zijkant van het lichtschip wilde lezen en ons daar om rakelings passeerde. Zo'n schip kwam voor ons dan geheel onverwacht uit de mist opduiken omdat onze radar af stond! Deze kon ook niet bijstaan, omdat we een racon-baken" voor de scheepvaart waren. De uitzending van dat racon-karakter had een slechte invloed op onze radar. Ook tij dens groot vervang ging de radar van de tonnenlegger even af. "Op zeevogels oefende het lichtschip ook grote aantrekkingskracht uit. Soms zag het dek wit van de vogelstront. "Er werd ook verteld - zelf heb ik dit voor val niet meegemaakt - dat er eens een schip bij het lichtschip afstopte. Die weet zeker niet waar hij is, dacht de kapitein van het lichtschip. De jol werd gestreken en de kapitein en enkele bemanningsleden gin gen gewapend met een zeekaart naar het stilliggende schip. De kapitein klom aan boord via de loodsladder diemnen al had laten zakken, en nauwelijks was hij aan dek of... het schip zette er de volle vaart in richting Rotterdam. Dachten ze op dat schip dat ze de loods voor Rotterdam aan boord hadden genomen!" Misthoorn Alex Haarsma (1933) is afkomstig van Zierikzee. Zijn grootouders van vaders kant waren Friezen. Zijn vader ging naar de koopvaardij en werd later rijksloods in Zie rikzee waar hij - volgens Alex - niet echt veel te doen had. Tijdens de oorlog was vader Haarsma vijf jaar weg; tijdens kon vooivaren werd hij maar liefst drie keer ge torpedeerd, en alle keren overleefde hij. Na de oorlog pakte hij de functie van rijks- loods weer op, maar toen in Vlissingen. Alex zelf kwam in 1957, na een paar jaar kustvaart, als matroos op de Noord Hinder. Een korte periode, van ongeveer 1961 tot 1965, deed hij dienst op de Texel. De mulo had hij niet afgemaakt en een opleiding tot derde stuurman was evenmin voltooid. Om

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2013 | | pagina 22