De Shtandart, een replica van het gelijknamig
fregat dat tsaar Peter in 1703 liet bouwen, voor
de Boulevard van Vlissingen, 26 augustus
2007. (foto Brakman, Zeeuwse Bibliotheek,
Beeldbank Zeeland, recordnr. 108475)
verzochten de Gecommitteerde Raden de
bewindhebbers van de kamer Zeeland van
de VOC bij het passeren van de tsaar van
af hun schepen saluutschoten te lossen en
in de mast de vlag van de staat te hijsen.
Eenzelfde verzoek werd gedaan aan de
reders die schepen in de Zeeuwse wate
ren hadden liggen. Omdat op fort Ramme-
kens een vlag moest wapperen en daar
geen vlaggenmast aanwezig was, moest
er eentje geleend worden bij de admiraliteit
in Vlissingen. De commandeur kreeg bevel
de nodige manschappen naar het fort te
sturen om het kanon naar de wallen te
transporteren en de vlaggenmast te plaat
sen.
Meningsverschil
Intussen was er tussen het Vlissingse
stadsbestuur en de Gecommitteerde Ra
den een meningsverschil gerezen over het
gezag over de militie. Zonder enig overleg
hadden de gecommitteerden met de com
mandeur het optreden van de militie tij
dens het bezoek van de tsaar geregeld.
Burgemeesters en schepenen voelden
zich daardoor in hun gezag ondermijnd en
schreven de gecommitteerden dat ze in dit
geval wel voor het nodige eerbetoon zou
den zorgen, maar dat in het vervolg eerst
met hen moest worden overlegd. Het ver
wijt maakte weinig indruk en de gecommit
teerden lieten weten dat ze het gezag van
de regenten niet wilden ondermijnen, maar
dat de militie in de stemhebbende steden
sinds 1651 onder hun bevel stond. Ze eis
ten dan ook dat het stadsbestuur in het
geven van een wacht en het bewijzen van
eerbetoon zich strikt aan hun orders zou
houden.
Op 3 april werd bekend dat de tsaar
slechts enkele dagen in Zeeland zou blij
ven. De wacht in Middelburg zou hierdoor
tijdens dat verblijf in die stad niet meer af
gelost hoeven te worden. Twee dagen later
lieten de Gecommitteerde Raden een half
vat bier brengen naar de arbeiders die in
Rammekens bezig waren met de plaatsing
van het kanon op de wallen. Ook besloot
men de manschappen van de wacht in
Middelburg na het betrekken van hun post
per dag een half vat bier en per man een
pond brood te geven. Tot slot werden in
Vlissingen in het Prinsenhuis twee kamers
in gereedheid gebracht.