Plattegrond van de Grote Kerk in Veere, inge richt als militair hospitaal 7 mei 1832). Teke ning in Oost-Indische inkt. (Zeeuws Archief, KZGW, Zl, II, inv.nr. 1081) heel Walcheren werden erin opgenomen. Naarmate er meer Fransen kwamen nam ook het aantal zieken flink toe. De mees ten leden aan de Zeeuwse koortsen waar de provincie berucht om was. In het in schrijvingsregister van het hospitaal tellen we in 1811 zo'n dertig tot veertig nieuwe patiënten per dag, waardoor alle bedden permanent waren bezet. Om in geval van oorlog op een grote toename van zieken en gewonden voorbereid te zijn, moest er een nieuw hospitaal komen. Bij keizerlijk decreet van 2 oktober 1811 legde Napoleon beslag op de leegstaande Grote Kerk in Veere die tot hospitaal moest worden om gebouwd. Toen de Veerenaren dit bericht op 25 okto ber vernamen, kwam dit hard aan. Verzet van de kant van de hervormde gemeente bleek zinloos. Met toestemming van de prefect mochten de inwoners nog wel een aantal eigendommen uit de kerk halen, waaronder de banken, de bochten, het koperwerk en de kronen. De kerkenraad besloot alles wat in de Kleine Kerk bruik baar was daarheen te brengen en de rest te verkopen. Van de opbrengst zou de Klei ne Kerk, die door het Engelse bombarde ment op 31 juli 1809 ook schade had op gelopen, worden hersteld. De gedenknaald van Jan van Migrode kon op het laatste nippertje worden gered en naar de Kleine Kerk worden overgebracht, maar het praal graf van de familie Boreel viel helaas ten prooi aan de slopershamer. Om de ruimte van de kerk zo efficiënt mogelijk te benutten brachten de Fransen er vijf verdiepingszolders in aan. De grote vensters werden dichtgemetseld en op iedere verdieping kwamen nieuwe ramen, waardoor het uiterlijk van de kerk drastisch veranderde. Van 1 augustus 1813 tot 14 mei 1814 was het hospitaal in gebruik en in die paar maanden zijn er maar liefst 704 Fransen in gestorven. Om besmetting te voorkomen werden de lijken in de Kattenpolder bij Veere begraven. Begin december 1813 legde de generaal- gouverneur van het eiland beslag op de Kleine Kerk die tot bomvrije kazerne moest worden omgebouwd. De hervormde ge meente week daarna voor het houden van haar diensten uit naar de ernaast gelegen lutherse kerk. Toen deze laatste protes tantse kerk een paar weken later ook door de Fransen werd opgeëist, gelukte het de kerkbesturen hem pas na veel onderhan delen uit handen van de bezetters te hou den. Bevrijd en berooid Op 30 april 1814 werd om zes uur 's mid dags de Nederlandse driekleur op de Lange Jan in Middelburg gehesen en kwam er een eind aan de Franse bezetting. Tijd om de balans op te maken. Die zag er voor Veere niet rooskleurig uit; de Fransen hadden de stad ontredderd en met grote r

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2013 | | pagina 14