Inleggen en lezen 23 Peulvruchten op Walcheren "Om over de vruchtbaarheid van Zeeland te kunnen oordeelen, moet men het zien in den tijd dat de oogst te velde staat. Zeer zelden heeft men er misgewas." Dat schrij ven Johan de Kanter en Johan ab Utrecht Dresselhuis in hun boek De provincie Zee land (1824). Als belangrijkste gewassen noemen ze: tarwe, gerst, haver, rogge, aardappelen, vlas, meekrap, koolzaad, wit te bonen en erwten. De schrijvers voegen eraan toe dat op Walcheren de witte bo nen het bijzonder goed doen. Peulvruchten hebben tot in de twintigste eeuw een belangrijke rol in de landbouw op Walcheren gespeeld. De opbrengsten waren landelijk gezien op Walcheren meestal het hoogst. Dit werd toegeschre ven aan het goed onderhouden van de ak kers. Bijgeloof Op Walcheren, waar het bijgeloof tot in de negentiende eeuw groot was, geloofde men dat de zaden in de peulen om de vier jaar in een andere richting lagen. Vier jaar lagen de bonen en erwten naar de punt van de peul gekeerd en de volgende vierr jaar naar de stengel. God zou dit zo heb ben gewild opdat de mens nooit zou ver geten dat het om de vier jaar schrikkeljaar is! Witte en bruine bonen Op het eind van de achttiende eeuw was een achtste deel van het bouwland op Het maaien van erwten, ergens op Walcheren, 1965. (Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zee land, recordnummer 56133)

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2010 | | pagina 25