26 Het lezen van ivitte bonen, (tekening Rino Visser) tilde hij de erwtenstruiken op om vervol gens de struiken met de zicht te maaien. Vervolgens werden de bonen- en erwten struiken te drogen gezet. Op een onder laag van takken musterswerden de bo nenstruiken op hopen gezet rond een stok met een lengte van ongeveer 2A meter. De stok werd in de grond geslagen, zodat deze stevig stond. De hopen leken op een karnton met in het midden de karnstok. Het op hopen zetten werd dan ook böönen kaerne genoemd en de hopen zelf kaeren- tjes. Of ook erwten op deze manier werden gedroogd, is niet helemaal duidelijk. Later, in de twintigste eeuw, werden bonen en erwten in ruiters te drogen gezet. Een ruiter bestaat uit zes stokken. Drie stokken vormen een driepoot en de andere drie stokken verbinden de drie poten met el kaar. Als de bonen of erwten in de peulen hard geworden waren, werden ze met paard en wagen in de schuur gebracht. Winter In de winterperiode werden de bonen en erwten in de schuur gedorst met de vlegel (vlui) op de dorsvloer. In de regel werd er met twee man en soms met drie man ge dorst. Men noemde dat in twee- of drieslag dorsen. De mannen moesten goed op el kaar zijn ingespeeld; om de beurt werd er met de vlegel op de struiken geslagen, waardoor de bonen of erwten uit de peulen vielen. De laatste handeling was het lezen verte-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2010 | | pagina 28