vreemde naam, maar casa is het Spaanse woord voor huis. Het tweede deel van de naam, cara, betekent in die taal onder meer goed. Er is gezinspeeld op de moge lijkheid dat Casa Cara een publieke functie had en ook enkele opgravingen wijzen in die richting. In de tuin van het landhuis zijn veel kalken pijpen gevonden en in de sloot moedelijk is het ook een negentiende- eeuwse buitenplaats. Rond 1926 woonde er een voormalig zeeofficier en leraar wis kunde, de heer Troll. Na de oorlog had de familie De Man er een nertsenfarm. De laatste eigenaar was de heer Versluijs. Hij en zijn vrouw kwamen daar als jong echt paar omstreeks 1970 te wonen in het WW- SÊ aan de straatzijde werden medicijnflesjes, inktpotten en dergelijke aangetroffen. Ook stuitte men bij het graven op een heel oude fundering met buitengewoon grote kloostermoppen, van het formaat circa 30 x 18 x 8 cm. Aangezien de funderingsres- ten ongeveer naast het hoofdgebouw lagen, is het vermoedelijk een koetshuis of iets dergelijks geweest. Buitenrust Schuin tegenover Casa Cara ligt Buiten rust. Aangezien ook hierover weinig infor matie beschikbaar is, zullen we het moe ten doen met wat recentere gegevens. Ver- Pentekening van het buitenverblijf Casa Cara. (coll. Glansdorp) 'herenhuis', dat erg verwaarloosd en voch tig was. Bij gebrek aan dakpannen had men er na de oorlog golfplaten op gelegd die aan alle kanten lekten, zodat het regenwater langs de muren stroomde. Bovendien schijnt er met de rijksvergoe ding voor waterschade gesjoemeld te zijn en werd dat geld voor andere doeleinden gebruikt. Aangezien grondige renovatie vrij duur zou zijn, leek het maar het beste om de hele boel te slopen en dat is dan ook gebeurd. Ongeveer op dezelfde plaats, op

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2007 | | pagina 15