gezocht in prikkeling, die tot ontsteking overgaat, ook wel de leer van de "antiflo- gose" genoemd. Als geneeswijze paste hij de plaatselijke onttrekking van bloed toe, bijvoorbeeld door het plaatsen van bloed zuigers op de onderbuik. Vooral in de Franssprekende delen van Europa was deze man ongelooflijk populair, in Neder- TIJDSCURIFT TER BEVORDERING DER !PiiTr8tt©iL©®3i3inna GENEES- EN HEELKUNDE. DOOR EEN GEZELSCHAP GENEES- EN HEELKUNDIGEN. Ti ij die de vr a arbeid aannemen tonder onderzoek njn onwaardig dczelre te kennenderhalve moet men ie onderzoeken.* Btoussiis. EERSTE DEEL. Tr BREDA, TM BOEKDRUKKERIJ van F P STERK, 1827 Titelblad van het 'Tijdschrift ter bevordering der physiologische genees- en heelkunde'. land had hij een beperkte aanhang. Van Opdorp was in 1827 een van de belang rijkste oprichters in Nederland van het Gezelschap ter bevordering der physiologi sche genees- en heelkunde. De belangrijk ste activiteit van dit gezelschap was het uitgeven van het Tijdschrift ter bevordering der physiologische genees- en heelkunde. Dit blad werd voornamelijk door Van Opdorp verzorgd. Tussen 1827 en 1831 verscheen het drie a vier keer per jaar. In de eerste vier jaar met een omvang van 200 pagina's en in het laatste jaar met nog 100 pagina's per editie. Van Opdorps belangstelling voor deze geneeswijze werd in Arnemuiden met gemengde gevoelens ontvangen. De bevolking had weinig vertrouwen in zijn behandeling van de Zeeuwse koortsen (malaria) met twintig bloedzuigers die hij op de buik plaatste, en gaf de voorkeur aan collega's die met kinine werkten. Toen Van Opdorp contacten ging leggen met min of meer excentrieke magnetiseurs werd het vertrouwen van zijn patiënten wel zeer op de proef gesteld. Medische publicaties Naast zijn activiteiten voor het Tijdschrift ter bevordering der physiologische genees- en heelkunde recenseerde Van Opdorp nog veel werken, zoals het Handboek der Dierkunde of Grondbeginselen der Natuur lijke Geschiedenis van het Dierenrijk van Van der Hoeven (Rotterdam, twee delen, respectievelijk 1828 en 1833). Verder is het Geneeskundig Maandboekje van zijn hand (Breda 1830). Daarna verscheen Onderzoekingen over den Aziatische braakloop bij een persoon, die zich in den hoogsten graad van het magnetisch somnambulisme bevond2 (Breda 1832). Verder heeft hij verschillende geneeskundige werken uit het Frans ver taald. Ten slotte schreef hij: Adressen aan Z.M. den Koning over eenige punten der geneeskundige wetgeving Breda 1939). Andere activiteiten In de Kroniek van Arnemuiden, deel 2, van J. Adriaanse (1827) lezen we: "Het stads-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2007 | | pagina 28