Reacties
scheidenheid vertoonden. Alle denkbare
rangen en standen - van chic en aanzien
lijk tot gering en zeer gering - waren aan
wezig. Het merendeel van de bewoners
bestond echter uit ambachtslieden, nering
doenden en andere 'kleine luiden', zoals
timmerlieden, metselaars, schilders,
behangers, groenteboeren en kruideniers.
Over groenteboeren gesproken, in de
straat is nog steeds een groentewinkel
gevestigd - bij de mensen uit de omgeving
ook wel bekend als de groentehal van
Looise en Leijnse -, waar nu de derde
generatie Bart Leijnse eigenaar is.
Tine Visser is zeer ervaren met archiefon
derzoek en zij heeft dan ook veel informa
tie opgediept. Ook heeft ze veel (oud-)be-
woners geïnterviewd.
Uit het boek blijkt dat de Spanjaardstraat
niet echt een anonieme straat was. Er heb
ben enkele bekende Middelburgers ge
woond: stadsgeneesheer dr. Samuel Seni
or Coronel, Pieter Pous, leden van de
familie De Stoppelaar, de bibliothecaris
Hendrik Pieters en jhr. mr. E.A.O. de
Casembroot, vader van de latere commis
saris der koningin.
In de straat waren ook enkele bedrijven
gevestigd, zoals meubelfabriek Firma Bel-
derok Van Roo, de stalhouderij van de
familie Hendrikse, bekend onder de naam
De Vijf Ringen, en boekdrukkerij Littooij
Olthoff.
Aan het eind van het boek schetst de
auteur de verschillen tussen de Spanjaard
straat van toen en nu. Volgens een oud
bewoonster was het vroeger veel gezelli
ger in de straat. De mensen die er woon
den waren eensgezind, hartelijk en
behulpzaam, vertelde ze. Na de restauratie
van de huizen zijn andere mensen in de
straat komen wonen: verschillende alleen
staanden, maar ook jonge gezinnen met
kinderen. Omdat de kinderen in de loop
der tijd volwassen werden en het ouderlijk
huis verlieten, is de Spanjaardstraat een
straat met vooral oudere mensen gewor
den.
Seniorenstraat of niet. Het boek van Tine
Visser is een interessante aanvulling op de
geschiedschrijving van Middelburg.
Leo Hollestelle
Tine Visser, Bewoners van de Span
jaardstraat, Middelburg 2006, 95 pagina's,
12,50 (ISBN 90-9020631-0).
Crisistijd in Veere
Wil Valckenier von Geusau-Brouwer en
Frans van den Driest reageerden beiden
op het artikel van J.D. de Voogd, 'Crisistijd
in Veere', in De Wete van april 2006.
De Voogd schrijft op bladzijde 13: "Ik herin
ner me dat aan de deurpost naast de voor
deur een buisje van ongeveer tien centi
meter lengte gevuld met bloed hing."
Het buisje wordt door de joden een
mezoeza genoemd. Het was niet gevuld
met bloed, zoals De Voogd veronderstelt,
maar in het metalen kokertje zit een rolle
tje perkament waarop de tekst van Deute-
ronomium 6 vers 4-9 en 11 vers 13-20 is
geschreven. De mezoeza (wat letterlijk