schrapte deuren hadden, waren ze dol van blijdschap, want eigen haard is toch goud waard. Leuk dat Elly en ik naar dit adres mochten. We konden mevrouw Schout eens fijn door het werk heen helpen. Ze was op van de zenuwen en kreeg een erge huilbui. Ook vrijdag en zaterdagmorgen werkten De groep Groningse LlVV'ers voor De Grif fioen. Meike Baas staat links in het midden. we er nog. Als dank kregen we een inge lijste foto van de ramp. Maandag 8 juli In alle vroegte togen we met ons allen, de leidster incluis, naar de Willem lll-kazerne te Vlissingen. Deze kazerne werd ingericht voor de mannen van de wederopbouw en de UW was gevraagd of ze daar een paar dagen wilde komen werken. Dat deden we natuurlijk met alle plezier, daar de 'weder opbouw' van haar kant ook altijd klaar stond om ons te helpen. We werden met een vrachtauto gebracht en gehaald. Het waren verschrikkelijk grote zalen; de kribben en tafels stonden er al, maar verder was het er nog onbewoond. Helaas duurde dat niet lang, want toen we in de eerste zaal ongeveer halverwege waren met schrobben en dweilen, kwam de eerste groep mannen al aan. Dat was me een bende! Ze sjouwden, echt op een mannenmanier, van het vuile deel over het schone. Wij waren natuurlijk woest, maar dat hielp weinig. Er was daar ook nog een stelletje 'moffen- grieten' in betrekking en daar ergerden we ons vreselijk aan. De kampbeheerder was maar wat blij met onze hulp, want die mei den voerden de hele dag zowat niets uit. Hij had dan ook met de handen in het haar gezeten, want het valt niet mee om op één dag met vijfhonderd man te verhuizen. Om twaalf uur werd er een zeer uitgebrei de maaltijd aangericht zoals we in lange tijd niet hadden gehad: brood, worst, kaas, hagelslag en jam. De kampbeheerder spoorde ons steeds maar tot nog meer eten aan en ik presteerde het die middag om twaalf (flinke) sneden wittebrood naar binnen te werken. Alleen viel het dweilen naderhand niet erg mee. Ook dinsdag waren we weer present in Vlissingen. Toen ging het beter, want de mannen waren al vertrokken en kwamen 's avonds pas terug. We deden nog enige zalen, die we ook allemaal met lysolwater naschrobden, en aan het eind van de dag hadden ook de gangen en de trappen bijna allemaal een beurt gehad. Woensdag 10 juli We trokken er weer met de hele colonne op uit en nu naar huize Zonneveld, gele gen aan de bosrand tussen Oostkapelle en Domburg. Dit was een kindertehuis en tijdens de oorlog zaten er Duitsers in en daarna elf gezinnen uit het geïnundeerde gebied. Het huis zelf was gelukkig droog- gebleven. Het water stond tot aan de oprij laan, zodat de bomen daar nog juist ver dronken waren. Verder was de hele kust-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2006 | | pagina 10