Restant van een buitenplaats
De historie van de woningen Markt 92, 94 en 96 te Westkapelle
Westkapelle telt weinig oude gebouwen.
De bombardementen en de daaropvolgen
de geallieerde landing in het najaar van
1944 verwoestten bijna het complete dorp.
Tegenwoordig heeft Westkapelle zes
beschermde monumenten. Dit zijn de grote
vuurtoren, het zogenoemde IJzeren Toren
tje op de zeedijk, de korenmolen, twee
boerderijen aan de Prelaatweg en drie
woonhuizen aan de Markt. Deze laatste
drie zijn ondergebracht in één pand, met
de huisnummers Markt 92, 94 en 96. Het
geheel staat sinds 21 april 1966 op de lijst
van beschermde monumenten.
Omdat ik in een van deze drie huizen
woon, leek het mij interessant om de
geschiedenis van dit pand eens na te
gaan.
Ambachtsheer en zijn hof
Op 3 oktober 1678 kwam Martinus Veth in
het bezit van de stad en heerlijkheid West
kapelle. Hij werd door deze aankoop
ambachtsheer. De familie Veth was in die
tijd de meest vermogende en gezagheb
bende familie van Zeeland. Kort na zijn
inhuldiging op 21 maart 1679 liet de nieu
we ambachtsheer weten dat hij een buiten
plaats in Westkapelle wilde bouwen. De
plaats die Veth daarvoor uitzocht wordt
beschreven door K. Baart in zijn boek uit
1889 over de geschiedenis van Westkapel
le: "het erf loopende van het stadhuis oost
waarts tot aan den eersten dwarsweg,
naast de later gebouwde, nu voormalige
school, ter diepte van de geheele Klooster
straat, langs den weg die naar de toren
liep en de grensscheiding van het gebied
uitmaakte. Behalve deze plek kocht hij nog
aan de overzijde van den scheidingsweg,
een veel grooter strook grond, loopende
van den Groenenweg tot nabij den toren.
Op de eerste ruimte verrees het heeren
huis met prachtig aangelegden tuin en de
tweede ruimte werd tot bosch beplant. De
gehele plaats besloeg eene oppervlakte
van ongeveer 15 bunders."
Het gebied dat Baart omschreef als "de
eerste ruimte" ligt tegenwoordig ongeveer
binnen het gebied Markt (vanaf Markt
102), Utrechtsestraat, d'Arke en gedeelte
Achterweg tot aan de baan naar de achter
zijde van Markt 102. De "tweede ruimte"
ligt grofweg ten zuiden van een groot
gedeelte van de De Casembrootstraat en
d'Arke, met een gedeelte van de huidige
kreek erbij inbegrepen. Deze twee straten
liggen dus ongeveer op dezelfde plaats als
de hierboven genoemde "scheidingsweg",
later Groenenweg genaamd.
Tuinmanswoning
Waarschijnlijk werd eind 1679 of begin
1680 begonnen met de aanleg van de bui
tenplaats.
Achter het stadhuis werd het "heerenhuis"
van Martinus Veth gebouwd. Smallegange
schrijft in 1696 in zijn Nieuwe Cronyk van
Zeeland: "Martinus Veth, die, seermachtig
in Rijkdommen zijnde, aldaer, achter het
Stadhuis, een schoone kostelijke woning
heeft doen bouwen."
Aan de oostkant van het stadhuis werd
aan de openbare weg (de latere Zuid
straat) een prachtige poort gebouwd met
een sierhek en aan beide zijden grote pila
ren waarop een beeld stond. Deze poort
gaf toegang tot de tuin en de woning.
Daarnaast werd de tuinmanswoning
gebouwd. In dit gebouw was een kamer