Om een en ander financieel aantrekkelijk te maken werd een fonds in het leven geroepen ter ondersteuning van een kost winner of andere familieleden. Dit fonds werd gevoed met collecten en door middel van inschrijvingslijsten voor vrijwillige bij dragen vanuit de bevolking. Ook de kerken droegen bij. De ondersteuning voor een vrouw zonder kinderen bedroeg drie gul den per week, voor een vrouw met één kind 3,50 en voor elk volgend kind 0,50 extra. Staat van oorlog Om eventuele calamiteiten het hoofd te kunnen bieden, werd ook het leger in staat van paraatheid gebracht. Het hoofdkwartier voor geheel Zeeland werd in Middelburg gevestigd. Opperbevelhebber werd luite nant-generaal De Cock. Het strategisch gelegen Vlissingen werd in staat van oor log verklaard en kreeg als oppercomman- dant O.W. Gobius. Hij was vice-admiraal van de marine in de Scheldemonden en kreeg ook het bevel over de troepen op Walcheren. Enkele dagen na de uitbarsting van de onlusten vertrokken er vanuit Middelburg al twee compagnieën van de Schutterij naar Antwerpen. Uit de marinehaven van Vlis singen vertrokken verscheidene oorlogs schepen, onder andere de brikken Panter en Gier en de fregatten Euridice, Sumatra en nog drie kanonneerboten, richting Ant werpen. Langs de hele kust van Walcheren werden de vroegere wachthuizen opnieuw inge richt, onder andere bij Dishoek, Zoutelan- de, Westkapelle, Domburg, Fort den Haak (Vrouwenpolder), aan de Oostwatering bij Veere, Wulpenburg (ten noorden van Kle- verskerke) en aan de Zuidwatering bij Rit- them. Het waren een soort versterkte hui zen van hout of van steen. Ook het door Napoleon grondig verbouwde en gemoder niseerde fort Rammekens werd in het ver- dedingsstelsel opgenomen. Ter versterking van het garnizoen werden er dagelijks enkele detachementen soldaten vanuit Middelburg en Vlissingen naartoe gezon den: "Ten einde dit belangrijke punt tegen een onverhoedse aanval te dekken zal het ook van een behoorlijk aantal scherpe patronen voorzien worden." Het Middel burgse detachement bestond uit een ser geant, een korporaal en twaalf soldaten; het Vlissingse uit een sergeant, twee kor poraals en twintig soldaten. Al vrij vlug werd er door de Middelburgse comman dant bezwaar gemaakt tegen deze samen stelling "wegens de zwakte van het garni zoen". Verder waren er ook nog forten bij Vlissin gen en het fort Zoutman bij Ritthem. Voor de communicatie tussen de verdedigings werken werd een nieuw seinstelsel inge voerd. Het bestond uit hoge houten palen die aan de bovenkant waren voorzien van een dwarsbalk waaraan rieten manden opgehesen konden worden. Bij het bespeuren van onraad moesten ter plaatse twee manden opgehesen worden. De vol gende posten beantwoordden dit signaal door het hijsen van één mand. 's Nachts gebeurde het op dezelfde manier, maar dan met brandende pekkransen. Ook de kerktorens zullen gebruikt zijn om de omgeving te observeren. De Lange Jan in Middelburg was dag en nacht bemand met twee torenwachters. De veren De veerdiensten werden nauwlettend in de gaten gehouden. Walcheren was in die tijd

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2001 | | pagina 18