Zo waren er oestkoeken. De naam zegt
het al: deze koeken werden gebakken na
het binnenhalen van de oogst. Dan bakte
de boerin een grote hoeveelheid van deze
koeken. Ze zijn te vergelijken met onze
oliebollen. Ook in de oestkoeken zaten
rozijnen en krenten. Alleen werden ze niet
in olie maar in varkensreuzel gebakken.
Tumelaer of tumeliezder, opgenomen in het
Woordenboek der Zeeuwse Dialecten, pagina
1001.
Daarom werden ze ook wel vetkoeken of
reuzelbollen genoemd. De meest gang
bare naam op Walcheren was vetkoeken.
In plaats van krenten en rozijnen zaten er
ook wel stukjes peer in. Daar gebruikten
ze de nu niet meer bestaande kraaipeer
voor. Het was geen kost die licht verteer
baar was. Men moest geen maagpatiënt
zijn. ledereen die met het binnenhalen van
de oogst had geholpen, nam aan de
avondmaaltijd deel, soms wel vijftien tot
twintig personen. In een grote ijzeren pot
die boven het vuur hing, bakte de boerin
de vetkoeken.
Behalve na de oogst werd er nog één keer
zo'n grote hoeveelheid vetkoeken gebak
ken. Dat was tegen Kerstmis of oudejaars
dag.
Smouters (smout is een oud-Nederlands
woord voor vet) waren ook erg geliefd.
Deze koeken werden van hetzelfde deeg
gemaakt als de vetkoeken. Het verschil zat
in de dikte van het deeg. Bij smouters was
dat wat dikker. Het zijn platte koeken met
een middellijn van omstreeks acht centi
meter en een dikte van twee centimeter.
Ze werden ook in varkensreuzel gebakken,
maar dan in een koekenpan. Het bakken
van smouters was niet aan een jaargetijde
gebonden.
Ten slotte noem ik u een wekelijkse trakta
tie van opblaezers. Als er één keer per
week brood werd gebakken, bleef er altijd
wel een restje brooddeeg over. Van dit
deeg maakte men een deegbal, sloeg die
helemaal plat en schoof deze op de
warme stenen in de oven. De platte koek
begon te rijzen, zichzelf op te blazen. Van
daar de naam opblaezers. Hierna werden
ze doormidden gesneden, de binnenkant
werd met boter ingesmeerd en bestrooid
met bruine suiker. Oudere mensen zeggen
dat het een delicatesse was. Opblaezers
werden ook wel ovenkoeken of laoikoeken
genoemd.
Frans van den Driest
Geraadpleegde boeken:
- 'Woordenboek der Zeeuwse Dialecten'.
- 'Neerlands Volksleven', Pasen 1963, 13e
jaargang nr. 2.
- Dialect op Walcheren.