gaan voorbij en worden geteld (de uren) - verdwijnt achter de bij de wederopbouw van het stadhuis aangebrachte balustrade. In 1800 stond er in de tuin van het huis Norenburg, thans Rouaansekaai 19, een geheel uit messing en koper vervaardigde equatoriale zonnewijzer met vierkante voet, waarop de spreuk 'Het uur loopt ras, zoo ras verloopt ons leven'. Het was een ontwerp van J. de Kanter (1762-1841), notaris en secretaris van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, en ver vaardigd door de koperslager A. de Warem. In de vierkante voet zijn halfronde kommen aangebracht voor tijdsaanduiding en windrichting. Het principe van de zon newijzer is afgebeeld als afb. 5. Na het overlijden van De Kanter werden al diens bezittingen geveild, maar volgens een aan tekening in de veilingcatalogus uit 1842 werd de zonnewijzer 'uitgehouden'. Hij werd onderhands gekocht door doctor J.C. de Man, die hem in 1895 schonk aan het Zeeuwsch Genootschap. De wijzer heeft jaren staan verkommeren in de tuin van het museum aan de Wagenaarstraat 1 en later bij het Zeeuws Museum. Hij stond altijd hardnekkig in de verkeerde richting opgesteld. In 1988 is de zonnewijzer voor restauratie binnengehaald, maar daar is tot nu toe niets van terechtgekomen. Aan de zuidgevel van de Stadsschuur no. 2 is een houten zonnewijzer aangebracht met het jaartal 1682. Deze is in 1840, toen de 'middelbare tijd' ingevoerd werd, geheel herzien door L. Janse Bzn., werkzaam bij de Stadsfabriek (nu Gemeentewerken) te Middelburg. Janse beschreef de zonnewij zer uitvoerig in zijn boekje over de con structie.8 Door de invoering van de plaat selijke middelbare tijd was het niet meer nodig om de klokken telkens gelijk te zet ten op de zonnetijd, maar werden er ver effeningslussen aangebracht die de afle zing van de juiste kloktijd mogelijk maak ten. Om de tijd op de zonnewijzer aan de hand van de hier getekende figuur af te lezen moet u wel een (toneel)kijker mee nemen, maar het is de moeite waard. J.T.H.C. Schepman 1. Zie afbeelding in het Archief van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Weten schappen 1984, na pagina 46. 2. Karei Bostoen in de Zeven Provinciën-reeks no. 15, 1998. 3. J.T.H.C. Schepman, 'Een ivoren reiszonne- wijzer van Paulus Reinman uit 1604 in de col lectie van het Genootschap', in: Archief Zeeuwsch Genootschap 1994, pp. 85-107. 4. C. Hollestelle, 'Het voormalige stadhuis te Vlissingen'in: Tijdschrift Het Huis, jrg. 14, 1916, pp. 335-345. 5. Gemeentearchief Vlissingen, cat. no. 1450. 6. Archief Zeeuwsch Genootschap 1987, afb. 15 na p. 112 en figuur 17, p. 126. 7. J.T.H.C. Schepman, 'Een excursie langs Walcherse zonnewijzers', in: Jaarboek Walacria deel 4, 1992, pp. 96-108. In dit artikel worden ook enkele nog bestaande zonnewijzers behan deld, zoals die op de binnenplaats van het Hof Popkensburg, die op het voorplein van kasteel Ter Hooge en die van het Zeemanserve te Vlis singen. 8. L. Janse Bzn., 'Berekening en constructie van zonnewijzers voor den middelbaren tijd, benevens de handelwijze om dezelve binnen in vertrekken te beschrijven', 's-Gravenhage 1843.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1999 | | pagina 32