Bij de voorbereiding van de dorpswandeling in
Koudekerke wendde onze secretaris zich begin
dit jaar tot een van onze oudste leden, de heer
W.P. Rooze uit Koudekerke met de vraag:
Weet U iemand die de rondleiding in Koude
kerke kan verzorgen?
"Kom tegen juni maar terug, dan heb ik wel
iemand", luidde het antwoord. Toen hij er later
naar informeerde vernam onze secretaris: "Dat
doe ik wel". En hoe! Dat ondervonden we op 24
juni.
Als goede calvinist nam rondleider ons mee in
de kerk en zette daar duidelijk en geestig de
geschiedenis van zijn dorp uiteen.
Hij verdient zeker zijn titel van "dorpshisto
ricus", zoals hij door de bewoners van Koude
kerke wordt genoemd.
Zoals in veel Walcherse dorpen (m.u.v. Ga-
pinge) werd ook hier de kerk tijdens de strijd in
de Tachtigjarige Oorlog vernield. Slechts de
helft bleef voor gebruik geschikt.
Bij de restauratie in 1948 werden de „bochten"
rechtgetrokken. Daarin namen in vroeger tijden
de mannen en notabelen plaats. De nog bestaan
de "wethoudersbocht" (de ouderlingenbank)
werd die avond slechts bezet door mevrouw
Daamen, zich van haar waardigheid als voorzit
ter bewust. Op het predikantenbord staan in
deze kerk illustere namen, o.a. ds. Waleüs (van
Waaien) die medewerker was aan de Staten
vertaling en indertijd ook Johan van Oldenbar-
nevelt begeleidde op zijn gang naar het schavot.
Ook komt er de naam van ds. Schottinghuizen
op voor. Hij ontwierp als sterrekundige een
lunarium, een maankalender. Deze bevindt zich
in het Zeeuws Museum. Toen de heer Rooze
daar op onderzoek uitging bleek deze niet in de
publieke collectie aanwezig. Hij mocht met een
begeleider het instrument op de zolder van het
museum gaan bekijken. Tijdens deze bijeen
komst stelde hij een vraag die wij hier graag
overnemen nl.:
Wie kan eens iets meer over dit instrument
schrijven?
KouoeReRKe
En zou het voor het museum niet mogelijk zijn
om het weer in de publieke collectie op te nemen.
Over het dorpsplein rondwandelend bleek dat
achter sommige deuren belangwekkende zaken
verborgen waren. Voor ons stonden die deuren
open. Het "Aerm'uus" dat de gids als zodanig
nog gekend had, wordt nu bewoond door de
voorzitter van de Stichting „Het Walchers Cos-
tuum". Bij deze stichting kan men te allen tijde
het heemeigene (m.b.t. de dracht) onderbrengen.
Achter dit huis bevond zich tot ieders verrassing
een kleine maar schitterende Engelse tuin.
In de oude pastorie konden we een blik werpen
in het oude keldertje, waarvan het gebruiksrecht
elke 30 jaar verviel. Pas kortgeleden is er over
het eigendomsrecht weer uitspraak gedaan.
In de hof van de kerk is nog steeds een klinker
paadje waarvan het gebruik dateert uit de Napo
leontische tijd. Het was een pad tussen het
Gemeentehuis en de toren (gemeentebezit).
Het werd gebruikt als men de inwoners met
2