'k eleze laag grond bedekt met plaats voor acht vuur monden. Wij noemden het de Bomvrije Kazer ne. Hetzelfde vond plaats met het Arsenaal aan de Dokkade dat door de Engelsen bij hun vert rek in brand was gestoken. Dit werd ook her bouwd met bomvrije gewelven, die ook met een laag zand of grond werden bedekt met daarop een batterij. Op die manier kwam er achter de meest vitale delen van de stadswallen een tweede linie te liggen met geschut dat hoger was geplaatst en dus over de walbatterijen heen kon schieten. Ook de poorten en de Oost- en West- beer konden zo onder schot worden gehouden. In Frankrijk was zoiets heel gewoon in een heuvelachtige omgeving, maar in het vlakke Zeeland werd dat door de Fransen opgelost door geschut boven op de gebouwen te plaat sen. Bezoekers van de vesting Flessingues wer den daardoor verrast en raakten diep onder de indruk. A.H. van Dijk „Na de herdruk van het boek „De Molens van Zeeland", heeft het 18 jaar geduurd, alvorens een schrijver zich opnieuw heeft gewaagd aan de beschrijving van deze categorie monumen ten". Aldus mevrouw G. de Vries-Hommes, gedeputeerde voor cultuur in de provincie Zee land, in haar voorwoord bij het boekje „Zeeuw se Molens" van Willem Staat. Molens zijn bijzondere monumenten. Samen met kerktorens zijn ze beeldbepalend voor het silhouet van een dorp of stad. Het laatste grote Zeeuwse molenoverzicht, het bovengenoemde boek van M. van Hoogstraten, dateert van 1972. Staat geeft in zijn molenboek na een inleiding op vlotte wijze een karakterisering van de molens in ons gewest. Hij gaat in op de verschil lende molentypen, hij beschrijft de molens als motor van de economie in voorbije eeuwen (waarbij ook minder voor de hand liggende molens als chocolademolens en de molens van de meestoven aan de orde komen), hij kijkt naar het molenbestand in verleden en heden en hij geeft allerlei bijzonderheden in het Zeeuws molen-ABC (bij de R is -heel aardig- een over zicht van alle molenrompen, d.w.z. onttakelde molens, in de provincie opgenomen). In het laatste en grootste hoofdstuk (Zeeuws molen bestand) worden alle 77 molens in onze provin cie afgebeeld en kort beschreven. Het 84 blz. tellende en van een groot aantal (kleine) zwart/ wit foto's voorziene boek wordt besloten met een molenkaart, waarop alle molens en molen rompen zijn aangegeven, en een uitgebreide lite ratuurlijst. Ik kan me helemaal vinden in de slotzin van het voorwoord van dit leuke boekje: „de lezer nodig ik gaarne uit zich niet te beperken tot het lezen van dit boek, maar de molens daadwerkelijk te gaan bezoeken". - Willem Staat, Zeeuwse Molens, Middelburg, Stichting Natuur- en Recreatieinformatie i.s.m. Vereniging De Zeeuwse Molen, 1991 (f 17,50), ISBN 90-72146-15-8. Peter Sijnke Het aantal publicaties over onze hoofdstad werd onlangs aangevuld met een nieuwe uit gave: „Het gezicht van Middelburg". Dit fraaie boekje werd uitgegeven t.g.v. de ope ning van de zesde landelijke Open Monumen tendag, dit keer te Middelburg op 12 september 1.1. In het eerste deel geeft Peter Sijnke, stadsarchi varis, een korte duidelijke beschrijving van de historische ontwikkeling van de stad met het accent op de zuidelijke invloed in haar bouw kunst. De bekende Zuid-Nederlandse bouw meesters Keldermans zijn betrokken geweest bij de bouw van het stadhuis; Vlaamse vluchte lingen na de val van Antwerpen (1585) beïn vloeden het leven in Middelburg. Italiaanse ingenieurs zijn in de 16e eeuw betrok ken geweest bij de stadsuitbreidingen. De stad was doorvoerhaven voor Vlaanderen. In de 18e eeuw verschijnt de Antwerpse architect van Baurscheit ter stede. Naast veel bekends, ook belangwekkende details b.v. de economische recessie van de 19e eeuw 21

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1992 | | pagina 23