bewoner; mr. J.A. Lantsheer een folder samen gesteld. Naast informatie over de historie van het buiten stond centraal het vraagstuk hoe men in 1992 en in de toekomst op verantwoorde wijze een landgoed kan beheren. Het navolgende is overgenomen uit deze folder waarbij men duidelijk inzicht krijgt in de ex ploitatie. Het landgoed Zeeduin De buitenplaats Zeeduin, gelegen op het gelijk namige landgoed, is één van de weinig overge bleven talrijke buitenplaatsen op Walcheren die vanaf de 17e eeuw gesticht zijn door Middel burgse en Vlissingse regenten en kooplieden. Veel van deze buitenplaatsen verdwenen na de algehele economische malaise tijdens en na de Franse Tijd (le helft 19e eeuw). Onder landgoed wordt in dit verband verstaan het geheel aan bezit met bijbehorende tuinen, bossen, gebouwen en landbouwgrond. Het landgoed is ontstaan op de gronden die behoorden bij de veel oudere hofstede Duin- hove (thans Hof Duno) die in de late middel eeuwen eigendom was van de Abdij van Middel burg. Deze hofstede is nu een normaal land bouwbedrijf; de gebouwen en het erf zijn nog steeds omsloten door een gracht. Oorspronkelijk vormde het landgoed een aan eengesloten geheel tussen de Noordweg te Oost- kapelle en de duinen. Omstreeks 1950 is bij de herverkaveling van Walcheren, na de inundatie tijdens W.O. II de Dunoweg dwars door het landgoed aangelegd. Hoewel hiermee de toe gang aanmerkelijk werd verbeterd werden de eigendommen landschappelijk van elkaar ge scheiden. Van de oude toegang vanaf de Noord- weg rest het monumentale toegangshek en bij behorend pad. Interessant hierbij is te weten dat het hek, in de volksmond genaamd „De Zeeduinse Poort", in de loop der tijd is gedraaid: aan de achterzijde van de hekpalen staat nog in letters op de steen ,,'t Hof Duijno", terwijl na het draaien aan de voorzijde in de steen is gegroefd „Zee-duin". Het landgoed is ca. 65 ha. groot, waarvan 20 ha. de eigenlijke buitenplaats vormen. Deze bestaat uit een „groot" huis opgetrokken in de Hol lands classicistische stijl, een koetshuis, tuin manswoning, orangerie (waarin vorstgevoelige Detail kaart Hattinga 1753 planten overwinteren), hertenkamp (waarvan alleen het hertenhuisje over is), moestuin, vijver, grasvelden en bos met lanen en paden. De huidige aanleg en gebouwen kwamen gro tendeels tot stand in de tweede helft van de I9e eeuw. Voordien stonden er twee kleinere huizen die de eigenaar tot jachthuis of „tweede woning" dienden. De huidige gebouwen worden be woond door de eigenaren van het „goed" die het geheel door vererving verwierven, zoals dat reeds vele generaties het geval is geweest. Om uitéenvallen te voorkomen hebben de eige naren een landgoed-B.V. opgericht waarbij de aandelen alle in handen zijn van de familie. Al naar gelang achtergrond en interessesfeer, zal verschillend tegen een dergelijk landgoed worden aangekeken. Zo zal een landschaps architect andere dingen zien dan de architect, de bioloog, de kunsthistoricus of de V.V.V.-pro- motor en recreant. Vanuit ieders deskundigheid is een verhaal te maken. De eigenaren van dit landgoed hebben echter met al deze facetten te maken bij het beheren ervan en moeten vaak ook afwegingen maken en compromissen sluiten. Mede omdat veel landgoederen en ander natuur schoon verdween of verloren dreigde te gaan zijn door de wetgever ter bescherming hiervan allerlei wetten vervaardigd, zoals de Natuur- schoonwet, Natuurbeschermingswet, Monumen- 18

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1992 | | pagina 20