tdafcnaw lih,. r rr
m u>oora m bcdct
ii'
Veel Zeeuwen zullen bij het horen van de naam
Domburg direkt denken aan zee en strand en
daarbij ook aan de beroemde kunstenaars, die
rond de eeuwwisseling daar verbleven.
Domburgers weten, dat die kunstenaar er voor
al kwamen voor het natuurschoon, de bekende
Zeeuwse luchten en het daarbij behorende, zo
bijzondere licht.
Nu valt het niet te ontkennen, dat deze voor
malige smalstad en zijn omgeving met dat alles
rijk zijn bedeeld. Een parel in de tuin van Zeel
and, waar veel inspiratie kon en kan worden
opgedaan.
Dat alles was voor de kunstenaars natuurlijk
ideaal, maar we kunnen het hen niet kwalijk
nemen, dat ze daar neerstreken in het kielzog
van de rijken van Europa, die rust en verpozing
zochten in dit kuuroord aan de Noordzee. Zij
konden hun kunst waarderen en aankopen.
Maar het waren niet alleen de kunstenaars, die
een graantje trachtten mee te pikken. Ook de
plaatselijke bevolking probeerde het inkomen
te vergroten, waar zich een echte zeebad-cultuur
ontplooide. De een werkte hard in de dienstver
lening, de ander door b.v. het maken van
souveniers.
Een gewild artikel was en is nog altijd het
Zeeuwse snijwerk, waarvan de mesheften met
meest bekend zijn, de palmhouten "paere-messen".
Een Domburger, die die kunst tot in de puntjes
beheerste, was de heer D. Trieller, de vader van
de inmiddels ook al bejaarde heer A. Trielier uit
Domburg.
Vanjongsaf vervaardigde David Trieller allerlei
gebruiksvoorwerpen, o.a. broodplanken en naal
denkokers. Die werden voor het merendeel aan
de badgasten verkocht.
Zonder anderen tekort te doen, moet van David
Trieller gezegd worden, dat hij met zijn hand
werk een zekere reputatie heeft opgebouwd.
Snijwerk met de initialen D.T. waren erg gewild
en hebben zich tot ver buiten Zeeland verspreid.
Gelukkig vallen er ook in Domburg schitte
rende exemplaren van zijn kunnen te bewon
deren. Hij vervaardigde namelijk twee voorwer
pen die hij aan de gemeente schonk. Het ene is
een uitneembare toren zoals die in het heral-
17