bevat ook nog twee teekenkamers, terwijl het derde gebouw, dat van de beide anderen ge scheiden is door een groote steenen slip-way, een groote hangar is, grootendeels ingenomen door den vleugelbouw. Hetgeen we van dit alles het eerst "verwerkten", was de groote opslagplaats, waar duizenden onderdeelen, in groote hoeveelheden de staal- buizen in lager lagen, waaruit de vermaarde Fokker-rompen ontstaan. Dan volgde de me taalbewerking. Zelfs wie geheel leek op avia- tisch terrein is, zal hier dadelijk gewaar worden, hoe het lasschen in den bouw der Fokker-vlieg tuigen een groote rol speelt. Die lasschers die we hier bezig zien, zijn ware kunstenaar in hun vak. En dat moet ook. Want wat eischt meer eene zorgvuldige, deskundige bewerking dan het in elkaar doen vloeien van die dunne staalbuizen, die vereenigd tot één geheel, aan zulke zware belastingen en trillingen blootstaan als het lan dingsgestel of de romp van een vliegtuig. Een nieuwigheid in deze afdeeling onder bewer king, was een groote ongeveer twee meter lange profielstijl, bestemd voor de te Amsterdam op stapel staande amphibievliegboot. Deze stijlen zijn gemaakt uit twee stukken metaalplaat, die na in den vereischten vorm te zijn gebogen, worden samengelascht. Een lasch precies in het midden van een dergelijk langen stijl, wekt bij den leek, en misschien zelfs bij den tegenover alle laschwerk zeer sceptisch staanden technicus den lust op, het ding met de handen over de knie te doen knikken. Onze geleider toonde er ons een die klaar was. "Mooi, wat?", zei hij vol trots, terwijl hij z'n rechterhand boven op den stijl liet rusten, zooals een vader zalvend zijn hand legt op het hoofd van zijn teerbeminden zoon. "Heelemaal gelascht. En toch heel sterk. Natuurlijk worden van dergelij ke nieuwe producten de eerste exem plaren aan een belastingproces onderworpen. Neen, niet zoo met de hand als ik nou doe. Zoo'n belasten op druk gaat hier degelijker, betrouwbaarder". En hij troonde ons mee naar een nieuwe afdee ling. Daarin stond, op ongeveer'n halven meter afstand van de muur, onder een ijzeren balk, van 1 profiel, zoo'n nieuwe gelaschte stijl. Het eene uiteinde van den balk, die horizontaal geplaatst was, was scharnierend aan den muur bevestigd, terwijl het andere uiteinde, zoolang er niets onder stond, gedragen werd door een ketting. Aan dit vrij dragende deel van den balk hingen, gedragen door zware kettingen, diverse ijzeren blokken tot een gewicht van 1000 Ko. Door middel van een spaken rad kon deze last langs den ijzeren balk worden heen en weer geschoven. Heel behoedzaam werd nu de 1000 kilo zware vracht hangende aan den balk, weggeschoven van den stijl, die subiet een "bedrukt" gevoel moest hebben gehad. Het werd er voor het "laschproduct" niet beter op, want hoe meer het gewicht zich verplaatste, des te grooter de druk werd, totdat op 2 meter afstand het arme dure ding zonder vloek of zucht met Landrusche cynisme den geest gaf. Maar niets gebroken. Zelfs niet in het oogenschijnlijk zwakke midden. De holle stijl bleek heel sierlijk doorgebogen, en dat geleidelijk van onder tot boven. Een jong- mensch, met van die groote ronde in hoornen montuur gevatte glazen voor zijn oogen rekende fluks uit, dat de stijl een maximaal gewicht had getorst van 5400 kilo. Zelf woog het ding niet meer dan 6 kilo 720 gram. "Een duur experiment, maar toch zeer ge- wenscht", zei onze geleider, toen hij den gemar- telden stijl met meewarigen blik aankeek. Ja, een duur experiment, maar 'n zegen voor het luchtverkeer. Want al kosten al die proeven, die zich bij nieuwe typen niet alleen bepalen tot stijlen, doch ook rompen, en draag- en stuur vlakken omvatten, handen met geld, 't is slechts een kleine premiesom die men betaalt voor het verkrijgen van de grootst mogelijke veiligheid. In deze afdeeling was meer te zien, dan het belasten van stijlen alleen. Vlak bij dit werktuig bijv. liet een koude vonkjes sproeiende lasscher z'n steekvlammetje sissen tusschen en tegen den staalbuisromp van een nieuw watervliegtuig. In een anderen romp van dit zelfde type toestel, werd het bankje van den piloot beproefd, werd nagegaan of het wel gemakkelijk en handig zat. Een zeer interessante arbeid. Een ander deed zijn werk met wat meer lawaai, was bezig aan het uitkloppen van een koperen plaat, bestemd voor een benzine-reservoir, terwijl verderop twee arbeiders doende waren op een mal den rand voor de zijkant van zoo'n reservoir om te buigen. Wijders werden we in deze afdeeling twee vrijwel gereed zijnde rompen gewaar van voor de Köningsberg-Moskou-lijn bestemde Fill toestellen, benevens de gedemonteerde fuselage van de Fokker-hydro. (lees verder op pag. 20) 17

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1992 | | pagina 19