WALCHEREN IN WOORD EN BEELD door Fr. Broeksma In de vorige aflevering van deze rubriek hadden we als onderwerp het prachtige huis 'Duinbeek'. Zijdelings werd toen ook het op een (ferme) steen worp afstand gelegen kasteel Westhove genoemd. In de beschrijving hiervan werd aangegeven hoe mooi en lieflijk deze omgeving kan zijn als in de lente - na de koude en donkere winterperiode - de natuur weer ontwaakt en haar hernieuwde jeugd toont door middel van paaslelies, bakkruudjes, speenkruid en vele andere vroeg bloeiende planten. Dat het ook anders kan zijn, ervaren we in het huidige jaargetijde: vroeg donker, nat en somber weer, kale takken, dood hout, vochtige mist die als een deken over het land ligt en een klagende wind tussen de naakte, piepende, zwarte takken. Als U de moeite neemt om kasteel Westhove niet van de voorkant, maar van de zijkanten te benaderen, dus vanuit het bos, wordt U het sterk afwerende karakter van dit gebouw gewaar. Groot en somber staat het daar dan achter een metersbrede slotgracht die er al even donker en afwerend uitziet. Als je daar dan helemaal alleen bent en de wind klagend en schurend door de kale, kreunende bomen huilt in het snel verdwijnende licht van de dag en als de eerste vleermuizen - voor zover nog niet in winterslaap - uitfladderen, dan kan het gevoel je bekruipen, dat er iets met dit gebouw aan de hand is, alsof de eeuwenlang wisselende bewoners met hun lief en leed, met hun angsten en hun vreugden er iets achtergelaten hebben. In Nederland gelooft men niet zo erg aan spoken, maar toch krijg je op momenten als bovenomschreven het gevoel, dat je daar ieder ogenblik zo'n geestverschijning kunt tegenkomen. Na de vele, vele eigenaren en bewoners, die het kasteel in de loop van de jaren heeft gekend, is het de laatste twee jaar in gebruik als jeugdherberg. De Neder landse Jeugdherberg Centrale (N.J.H.C.) heeft hiermee een goeie greep gedaan. Niet alleen wordt nu het kasteel bewoond en onderhouden en daardoor bewaard voor het nageslacht, maar tevens wordt de jeugd bewust gemaakt betreffende cultuur en natuur. En wat eveneens belangrijk is: de ex ploitatie verloopt tot nu toe boven verwachting goed. Een teken dat in de tegenwoordige tijd bij de jeugd kennelijk aan iets dergelijks behoefte is. Bij de opening van het kasteel als jeugdherberg, twee jaar geleden dus, schreef de N.J.H.C. een wedstrijd uit onder scholieren wie het beste (verzonnen) spookverhaal over Westhove zou kunnen schrijven. Het verhaal van Leonie Kockx uit Middelburg kwam naast vele andere goede inzendingen als het beste uit de bus. Hier volgt het. Johan van Reygersbergh Met de blik strak voor zich uit gericht, stond Johan van Reygersbergh bij het raam, dat uitkeek op de gracht. Nijdig sloeg hij met zijn vuist tegen de stenen muur, met als enig resultaat een pijnlijke hand. Maar hij voelde het niet eens. Woedend dacht hij terug aan de spottende reactie van Pieter Huygens toen hij 18

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1987 | | pagina 20