DE GRAFSTEEN IN WESTKAPELLE Met pak en zak onder veilig dak Welgedaan door Van Eenennaam. De heer J.C. Beimers, van wie elders in dit blad een commentaar op het artikel over de ingemetselde grafsteen in Westkapelle is afgedrukt, wist te vertellen dat er ook nog onder stond: 147 dankbare buurtbewoners. Van het aantal was hij niet zeker, vandaar dat vraagteken. De heer Van As vertelde dat hij nergens iets had kunnen vinden waaruit het 'ontstaan' van deze gedenksteen zou kunnen worden verklaard. Ook bij het gemeente-archief van Middelburg is vooralsnog niets bekend. Gaarne zou ik in contact komen met één of meer buurtbewoners van destijds, die mij kunnen vertellen welke gebeurtenissen hebben geleid tot het aanbrengen van bedoelde gedenksteen. Secr. Het artikeltje in de vorige Wete, blz. 16 e.v. (Walcheren in Woord en Beeld) heeft nogal wat reacties opgeleverd, n.l. van de heren J. Gabriëlse uit Westkapelle, drs. B.Z. Salomé uit Loosdrecht, G.J. Lepoeter uit Kapelle, J.M. Bos uit Amsterdam, J.C. Beimers en P.M. Bruinooge uit Middelburg. Het zal U duidelijk zijn, dat we niet alle reacties in extenso kunnen opnemen. Dat zou voor U, lezer, erg vervelend worden, omdat dan vijf keer nagenoeg hetzelfde gelezen zou moeten worden. Alleen de heer Bruinooge heeft nog iets aan de reacties van de andere heren toegevoegd dat m.i. waar is om vermeld te worden. Het artikel/de reactie van de heer Beimers is het meest uitvoerig. Alle gegevens die de andere heren naar voren brachten, zijn er in verwerkt. De heer Beimers vertelde me, dat de gegevens die hij, daarnaar gevraagd, van de heer J. Gabriëlse kreeg - en die ook vermeld staan in de reactie die we van laatstge noemde kregen - hem zeer goed geholpen hebben bij de oplossing van het 'probleem'. Daarom plaatsen we het artikel van de heer Beimers in z'n geheel. Hier volgt het. De grafsteen in Westkapelle Graag zou ik met u de steen, zoals die in de 12e jaargang van De Wete, no. 4, is afgebeeld, nog eens bekijken. We beginnen dan met de afbeelding van de jonge stier, os of rund, rechts onderaan, want inderdaad staat de steen op zijn kop weergegeven. In de vroeg-christelijke kerk heeft men al spoedig verband gelegd tussen de in Ez. 110 en Openbaringen 4:7 vermelde dieren en de vier evangelisten. Er werd dan een overeenkomst gezien tussen het karakter van de evangelist en de aard van het betreffende dier. Voor Johannes werd dat dan een arend, voor Mattheus een engel of mens, voor Lucas de jonge stier, os of rund en tenslotte voor Marcus een leeuw. Eerst werden de evangelisten samen met hun zinnebeeld weergegeven en zo treffen we nog steeds in de San Viale kerk in Ravenna (Italië) een afbeelding van Markus aan met daarboven de leeuw, die uit het midden van de zesde eeuw dateert. Later wordt dan als vervanging voor de evangelist alleen het boven- 6

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1984 | | pagina 8