TRANSFORMATIE Onze omgeving is voortdurend aan het veranderen, soms gebeurt dit snel en radikaal door een ramp zoals ons Walcheren na de inundatie van 1944. En soms gaat dit heel geleidelijk door het verbreden van een weg, het vergroten van een raam of het optrekken van een dak. Iedereen kan een groot aantal dingen in zijn omgeving opnoemen die in de loop der tijd veranderd zijn. De geleidelijke ontwikkeling heeft een procesmatig karakter, architekten en planologen noemen dit 'het transformatieproces van onze omgeving'. Als kort voorbeeld kan Vlissingen dienen, half 19e eeuw nog een vestingstad, behoudens inci dentele dingen aan de zeekant, zoals Gevangentoren, muur van Altena en Keizersbolwerk, is daar nu weinig meer van over. De recente demping van het Scheldedokje, restant van een stadsgracht, ligt nog vers in het geheugen en de diskussie over het al of niet sluiten van de Koopmanshaven is nog steeds niet afgerond. In Middelburg waar m.u.v. de in de oorlog verwoeste binnenstad wel veel hetzelfde gebleven is, zijn ook verschillende hoekjes waar dit transformatieproces een totaal andere omgeving gevormd heeft. In dit artikel zal verder worden ingegaan op deze ontwikkelingen in de omgeving van het Smidsbolwerk en de Punt. Op een stadsplattegrond uit 1667 komt dit gebied in zijn oorspronkelijke vestingvorm voor. De hoogwaterkering bij de punt werd gevormd door een gebruikelijke stenen beer. Op deze plattegrond zijn de Dampoort en de huizen aan de Nederstraat te onderscheiden. Interessant om te weten is, dat tien van deze woningen thans nog geregistreerd staan als monument. In de Napoleontische tijd werd de Veerseweg aangelegd en de Nederstraat werd er op aange sloten. Na de Napoleontische tijd beginnen de vestingwerken geleidelijk aan, door o.a. het steeds verder dragen van het geschut, hun defensieve betekenis te verliezen. In het midden van de 19e eeuw (van 1841 tot 1848) werden de bolwerken herschapen in wandelpark volgens ontwerp van de toenmalige stadsarchitekt. De Bree schrijft in zijn boek 'Papieren zolder' het initiatief hiertoe aan de tot 1859 burge meester zijnde Paspoort van Grijpskerke toe. Op een stadsplattegrond van 1860 is deze verandering duidelijk te zien. Op deze kaart gaan de wandelpaden en het park nog tot de Punt door, terwijl het poortje aan de Nederstraat opgenomen is in het stelsel van voetpaden. Een kaart uit 1873, dus dertien jaar later, geeft alweer een ander beeld te zien. Het Kanaal door Walcheren is gegraven en het oude havenkanaal naar Rammekens is gedempt. Waarschijnlijk had men nog wat grond over, want het vest-gedeelte tussen de Punt en de Dampoort werd ook gedempt. En tevens werd de Dampoort voor het grootste gedeelte afgebroken. Rond de eeuwwisseling is op deze gedempte vest als gevolg van partikulier initiatief een van de eerste komplexjes sociale woningbouw ontstaan. Het ontstaan hiervan is op zichzelf al een hoofdstuk apart. Hierop kan in een ander artikel teruggekomen worden. Na de eeuwwisseling wordt de vest rond het Smidsbolwerk verder gedempt tot aan de Veerseweg. Ook deze vrijgekomen gronden zijn voor het grootste deel met woningen bebouwd. Het nog onbebouwde gedeelte vlak bij de Veerseweg is in de vijftiger jaren bebouwd met een kleuterschool. Op de Punt tegenover de Vitritefabriek waar vroeger de stenen beer gelegen heeft, worden eveneens in de vijftiger jaren, flats gebouwd in drie bouwlagen. En de laatste verandering is 13

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1977 | | pagina 15