Zoutelande
Van vrouwen, die schelden of vechten.
Soe wal wiven die scelt of kyft, die verbeuren drie pondt swarte, ende vecht sy, soe
verbeurt sy vyf pont oft de steen draghen rontomme dat kerchof; ende die rechter zal
henliden versoende liden maken met rechte. (1499)
J. L. HEEREBOUT.
STOEL MOET KOMME!
Eén der ambachtsheren van Westkapelle. Martinus Veth (ambachtsperiode 1679-17111.
vaardigde een politieverordening uit, waarin o.m. was opgenomen de bepaling: „Zij die
kind of kinderen krijgen 5, 6 of 7 maanden na de bevestiging van hun huwelijk zullen
verbeuren 100 Carolus guldens" (pag. 76 van het boekje „Westkapelle, hare bevolking,
door K. Baart, 1889). Het leek meer een soort belasting, want de boeteopbrengst kwam
ten goede aan de ambachtsheer. Er zal dan wel aanleiding hebben bestaan deze geld-
klopperij op te voeren. Bij een (tijdrovend) onderzoek in het goed geordende gemeente
archief van Westkapelle zouden wellicht nog wat statistische gegevens kunnen worden
opgediept over de jaaropbrengst van deze verordening, waarmede dan tegelijk het
aantal „te vroeg"-geborenen zou kunnen worden berekend. Doch wat zou dit voor nut
hebben?
Veel aardiger is het, dat uit deze historie een prachtige volksuitdrukking is ontstaan. In
elke gemeenschap wordt na een huwelijk de komst van het eerste kind stilzwijgend wel
in 't oog gehouden, in Westkapelle was daarvoor na 1680 door de verordening van de
ambachtsheer bijzonder veel aanleiding. De gemeenteveldwachter oefende er zelfs
controle op uit, want hij was de man die voor de ambachtsheer de eventueel verschuldig
de boete moest aanzeggen en ophalen. Zodra dan ook door de bevolking de komst van
het eerste kind werd geconstateerd, en het was dan „te vroeg", ging al spoedig het
praatje: de veldwachter moet komme!
De laatste veldwachter van Westkapelle was Joh. Stoel (1876-1957). Hij is gepensioneerd
in april 194Ü. Slechts enkele maanden is zijn opvolger H. de Kok nog gemeenteveld
wachter te Westkapelle geweest, doch spoedig is, kort na de Duitse bezetting, het korps
Rijkspolitie ingesteld, waarbij de gemeenteveldwachters werden ingelijfd. Stoel is dus
jarenlang plaatselijk een bekende man geweest.
De bepaling van de ambachtsheer Martinus Veth is natuurlijk al lang niet meer geldig,
doch heden ten dage wordt in Westkapelle nóg de uitdrukking gehoord wanneer na een
huwelijk de eerste geboorte „te vroeg" verschijnt: STOEL MOET KOMME!
v. L.
20