'Hier gaan over het tij, de maan
de wind en wij'.
(Ed Leeflang)
Thijs Kramer lezing 2012
Cultuur
Vermenselijkte natuur
Oosterscheldekering
Nescio
Voor de animal laborans is de wereld
inderdaad één groot aquarium waarin
voldoende zuurstof, groen en voedsel
aanwezig moet zijn om te kunnen over
leven, als homo faber richten mensen
de wereld samen met anderen op zo'n
manier in dat ze het goede leven kunnen
nastreven. Vanaf Plato en Aristoteles
wordt in de filosofie betoogd dat dit
goede leven zich altijd binnen grenzen
afspeelt. In de overmoed van het streven
naar de grenzeloosheid verliezen mensen
de maat die bij het goede leven behoort,
uit het oog. Belangrijk als vierde kenmerk
is daarom dat het in het wonen van de
mens op aarde niet zozeer gaat om over
vloed, om een voortdurende economi
sche groei, als wel om een 'durability',
een soort blijvendheid en stabiliteit van
de wereld waarvoor een economie van
het genoeg als uitgangspunt kan dienen.
In haar essay De crisis in de cultuur laat
Arendt zien wat er verloren gaat waneer
we de aarde alleen maar als een groot con
sumptieparadijs inrichten. Het begrip 'cul
tuur' dat ze hier overdenkt 'is afgeleid van
het Latijnse colere - cultiveren, wonen, zorg
dragen, hoeden en behoeden - en heeft
oorspronkelijk betrekking op de verhouding
van de mens tot de natuur, in de betekenis
van cultiveren en zorgdragen voor de natuur
tot zij voor het menselijk wonen geschikt is'.
Het omploegen van de grond maar ook de
cultus van de goden waren twee belangrijke
onderdelen van wat later in brede zin cul
tuur ging heten. 'Het was in het milieu van
wantij maart 2012
Celliste Ma rij a Heij, studente aan
de Roosevelt Academy Middelburg
een oorspronkelijke landbouwbevolking dat
het concept voor het eerst opdook, en de
artistieke connotaties die met deze cultuur
verbonden werden, betroffen de onverge
lijkbaar nauwe band van het Latijnse volk
met de natuur: de vorming van het beroem
de Italiaanse landschap'.
Het landschap duikt hier op als zowel natuur
als cultuur, als door de mens bewerkte en
bewoonde natuur. Deze culturele waarde
van het natuurlijke landschap wordt door
wetenschappers en schrijvers steeds meer
onderkend. Het beroemdst is in dit verband
de grote studie Landschap en herinnering
van de Amerikaanse historicus Simon Scha-
ma. Volgens hem kunnen we in de moderne
tijd niet meer zoals in de traditie deels nog
mogelijk was, natuur en cultuur tegenover
elkaar stellen. Het landschap waarin wij
wonen en leven is vermenselijkte natuur,
'het is evenzeer opgebouwd uit lagen ge
heugen als uit lagen rots'. Schama gaat nog
een stap verder als hij stelt dat dit zelfs geldt
voor die delen van de natuur die wij als
moderne mensen graag 'wildernis'noemen.
Die wordt tegenwoordig graag door groene
denkers, maar volgens Schama onterecht,
als een tegengif tegen de industriële be
schaving opgevoerd. 'In de wildernis ligt het
behoud van de wereld', zei de Amerikaanse
anarchist David Thoreau, die een jaar lang in
een zelfgebouwde hut bij de Waldenvijver in
New England woonde, en een natuurdenker
als onze landgenoot Ton Lemaire zegt hem
dit als motto voor zijn eigen teksten, graag
na. Maar ook 'de heilzame wildernis', stelt
Schama 'was natuurlijk net zozeer het pro
duct van verlangens en aanpassingen van
de cultuur als elke verzonnen lusthof'.
Elk dierbaar landschap waarin wij wonend
aanwezig zijn, of het nu om de akker of de
wildernis gaat, om cultuurlandschap of om
zogeheten 'oernatuur', is zo al op een bepaal
de manier vormgegeven door de mens. Soms
regelrecht natuurlijk door de werkende mens
zoals het gehele Nederlandse landschap dat
Schama, die goed bekend is met ons land, als
'een indrukwekkend staaltje menselijke tech
niek' beschrijft soms indirect via beeldvor
ming en verhalen. Fraai wordt dit uitgedrukt
op de plaquette bij de Oosterscheldekering.
Wij zijn onontkoombaar als mensen altijd
aanwezig in de natuur. We willen het om
vele redenen niet aan de maan en de wind
overlaten en daar hoeven we ons volgens
Schama allerminst voor te schamen. Wat wij
als hedendaagse mensen wel moeten doen,
is ons bezinnen op de manier waarop wij in
de natuur aanwezig zijn. Het onderscheid
tussen de twee grondhoudingen van arbeiden
en werken kan ons hierbij behulpzaam zijn.
Met Goethe's Faust moeten we erkennen
dat er twee zielen in onze borst wonen.
Detweegenoemdegrondhoudingen zijn on
getwijfeld bij de meeste mensen aanwezig.
Het grote probleem van onze generatie
is dat wij aan de ziel van de werkende en
wonende mens vaak te weinig ruimte geven.
Het lijkt zo vanzelfsprekend om alleen van
uit het arbeiden en consumeren ons leven
en de wereld in te richten. Dat je op een
andere wijze de wereld kunt bewerken en
bewonen en dat je vanuit dit uitgangspunt
op systematische wijze een andere visie op
natuur en milieu kunt ontwikkelen, komt
nauwelijks bij ons op.
Wie zich tegen de overheersing van eco
nomie en consumptie verzet, denkt helaas
vaak dat hij dit als individu uitsluitend vanuit
eigen persoonlijke meningen en voorkeuren
doet. Dan voelt hij zich machteloos tegen
de hoofdstroom waarin onze samenleving
gevangen lijkt. Paradoxalerwijs lijkt mij dit
het geval te zijn voor Bas Haring. Als privé-
persoon heb ik hem in mijn verhaal in zekere
zin onrecht aangedaan. Hij is persoonlijk
namelijk allesbehalve de natuurvernietiger
die veel van zijn opponenten in hem zien.
Integendeel, nadat ik met hem gediscus
sieerd had voor het januarinummer van
Filosofie Magazine, praatten wij enthousiast
door over zijn huis in Ransdorp, ten noorden
van Amsterdam, in een landschap dat hem
dierbaar was en dat nauwelijks veranderd
was sinds Nescio het als wandelaar in het
begin van de vorige eeuw beschreef. Zelf
had ik daar ook gewandeld met de tekst
van Nescio bij de hand. Als individu gruwt
Haring van het beeld van het Zeeland van
de 26e eeuw, maar als consequent denker
in de hoofdstroom van onze cultuur meent
hij toch dat hij deze kennelijk onafwendbare
toekomst voor de mensheid met optimisme
tegemoet kan zien. Waar ik in mijn verhaal
vooral op heb willen wijzen, is dat het met
die eerste gevoelens niet bij een privésen-
timent of een eenzaam persoonlijk protest
hoeft te blijven wanneer we de teloorgang
van onze omgeving willen tegengaan. Er is
een consequente denkwijze mogelijk die
ons op een andere manier dan de economie
doet, naar mens en natuur laat kijken.
Als filosoof aan de Universiteit Twente heb
ik in mijn colleges de toekomstige ingeni
eurs altijd voorgehouden dat de wijsbegeer
te hun praktische ontwerpproblemen niet
kon oplossen. Wat zij wel kan is reflexieve
concepten aanreiken om deze problemen
in een ander licht te overwegen. Dat heb ik
ook vanmiddag geprobeerd. Te vaak wordt
er ook in deze provincie te gemakkelijk
vanuit de economie geredeneerd, waardoor
de wonende mens er bekaaid afkomt. De
huidige problemen en twistappels die zich
rondom het begrip 'ontpolderen' ophopen,
hebben hier ongetwijfeld mee te maken.
Twee zielen zullen altijd in uw borst blijven
strijden. Maar misschien helpt het onder
scheid tussen het economisch gerichte
arbeiden en wonende werken u om uw
dilemma's op een andere wijze te formu
leren en onder ogen te zien.
Hans Achterhuis is filosoof.