Bossen en buitenplaatsen van de Manteling
Direct achter de oranjerie is een reeks van thematuinen aangelegd binnen
een formeel kader. Doordat van thematuinen gebruik is gemaakt, bestond
de mogelijkheid onderdelen van het Zeeuwse landschap geschematiseerd
weer te geven. Er is dus geen sprake van een precieze weergave van de ele
menten uit het Zeeuwse landschap, hoogstens zijn er brokstukken van de
werkelijkheid te zien. De formele opzet van de tuin smeedt de brokstukken
als het ware aaneen. Mede door de keuze voor de thematuinen was een for
mele heemtuin goed mogelijk.
De formele aanleg van de Hortus wordt gevormd door een lanenstelsel ach
ter de oranjerie. Dit lanenstelsel bestaat uit een vierkant. De laan die gepro
jecteerd is op het midden van de oranjerie was ook in de achttiende eeuw
aanwezig. Toen vormde zij samen met de Wulpendreef de hoofdtoegang tot
Westhove. Aan de oostzijde van het kasteel keert het lanenstelsel terug. De
symmetrieas van het kasteel bij de ronde kom in de gracht wordt geaccentu
eerd door het lanenstelsel hier te verbreden tot vier rijen bomen. In de
Hortus zijn uitsluitend lindebomen geplant.
Het vierkante deel van het lanenstelsel juist achter het museum is verder
onderverdeeld in negen vierkanten. Dit zijn de negen thematuinen van de
Hortus. Iedere tuin beslaat een oppervlak van 20 x 20 m. Zij worden ruimte
lijk van elkaar gescheiden door hagen (van Haagbeuk) die in de toekomst
manshoog moeten worden. De tuinen zijn wanneer de hagen hoog zijn. niet
meer in één blik te overzien, bovendien verlenen de hagen aan de tuinen
intimiteit. Ten opzichte van het rondgaande lanenstelsel liggen de thema
tuinen iets verdiept. Hierdoor overziet de wandelaar de buitenste negen tui
nen vanuit een iets verhoogde positie. De middelste thematuin, de duintuin,
Voorjaar 1996. de
boomgroepen voor
het kasteel worden
aangeplant door
medewerkers van
Staatsbosbeheer.
De watertuin van de
Hortus tijdens de
aanleg.
69