Kreekrestanten, watergangen, sloten De kreekrestanten bij Vlissingen, Westkapelle, Veere en Rammekens, alsmede de watergangen en sloten bieden met hun rietkragen en rietvelden broedgelegenheid aan riet- en watervogels als Kleine karekiet, Rietzanger en Rietgors, Dodaars, Fuut, Waterhoen, Meerkoet en Wilde eend. Vooral de grote kreken bij Westkapelle, Veere en Rammekens trekken in het winterhalfjaar vele foura- gerende en rustende watervogels als Wilde eend, Wintertaling, Kuifeend, Slobeend, Tafeleend, Bergeend, Brilduiker, Grote en Middelste Zaagbek, Fuut en Dodaars. Ook andere viseters als Roerdomp, Blauwe en Purperreiger, Ijsvogel en incidentele bezoekers als Woudaapje, Kwak en Visarend zijn er gesignaleerd. Op het noordelijk deel van het Kanaal door Walcheren en de aangrenzende kanaaldijken slapen, rusten en fourageren 's winters soorten als Nonnetjes, Knobbelzwanen, Kleine zwanen en Smienten. Speciale Dodaarstellingen hebben uitgewezen dat Walcheren met zijn Veerse en Westkappelse kreken en het Kanaal door Walcheren met tesamen ruim 800 Dodaarsen tot de acht be langrijkste overwinteringsplaatsen in het Deltagebied behoort. Twisk toonde aan dat de verspreiding in het winterhalfjaar overeenkomt met de ligging van de doorbraakkreken en watergangen. Wegbeplanting en bermen Afhankelijk van het beheer vormen de bermen, de heggen en windsingels langs de wegen bronnen van voedsel en nestgelegenheid voor vele soorten zogenoemde kantbroeders als Patrijs, Wilde eend, Fazant, Graspieper en zangvogels als Kneu, Groenling, Grasmus, Braamsluiper, Spotvogel en Zwartkop. In toenemende mate verschijnen in de hogere bomen nesten van eksters en incidenteel Ransuilen (die de oude Eksternesten in bezit nemen). Afhankelijk van de verkeersintensiteit langs de wegen variëren de broedvogeldichtheden in deze lijnvormige land schapselementen. De Slobeend, wintergast op Walcheren 56

Tijdschriftenbank Zeeland

Walacria | 1987 | | pagina 58