- 4 - een "nes" (koek of punt) uitstekend in zee en ge noemd naar de naam Stavo. Weer anderen combineren de twee veronderstellingen en spreken van een nes (schor) die als een staaf of staf in zee steekt. Scherpenisse (Scarpenesse) heeft als wapen; In zilver een dwarsbalk van azuur. Het sphild gedekt met een gouden kroon met -vijftien parels (fig. 75). OUDELANDE C„J. CHRISTIAANSEN HET SliOEYEER AAN DE NOORD-KRAAI JERT .V y Op 10 februari 1674 werd in de vergadering van het bestuur van Middelburg een verzoekschrift behandeld yan Marinus Pachter, wonende te Nieuw- en Sint Joos- land, om een veer te mogen oprichten van het oost einde van de Nieuw Sint Jooslandpolder op Zuid-Beve land en voor eigen rekening op de zeedijk een veerhuis te mogen bouwen. - Aangezien op dit adres gunstig werd beschikt, siacht- te M. Pachter deze veerdienst. Volgens de condities van verkoop van de Ambachtsheerlijkheid Nieuwerkerke in 1680 was het voor zeven jaar,verpacht voor 2 per jaar, van de 12de februari 1675 tot de 12de fe bruari 1682. Op de 25e november 1704 brak de dijk door van de Nieuw Sint Jooslandpolder, bij de overstroming van de Nieuwerkerkepolder; het gedeelte van de polder, bekend onder de naam "Zelden Wel" ging verloren en het over zetveer zal dan vermoedelijk vervallen zijn. Na de ondergang van het veer is er een ander ge sticht aan de zeedijk van de Nieuw Sint Jooslandpol der, tegenover de Zuid-KraaijertHet veerhuis was een vroegere zoetelkeet en werd aangeduid als "veer van !t kleine Sloe". Aan de Zuidbevelandse zijde zijn in l8l6 op de zee dijk van de No ord-Kraaijertp older een veerhuis en schuur gebouwd, tot het houden van een herberg met stalhouderij. Het brievenvervoer had sinds 1825 - 5- - twee maal per dag plaats Middelburg - Goes vice versa. ±1840 werd tussen deze twee plaatsen een diligence diens o opgericht. Deze dienst bracht een grote verbete ring in de reisgelegenheid, daar de reis tweemaal per dag Middelburg - Sloe en Sloe - Goes heen en terug werd gemaakt. De dienst kon echter niet voldoende in het personen vervoer voorziep zodat de veerschipper niet onvoor delig nog het bedrijf als huurkoetsier erbij uitoefende en daartoe er vier paarden en twee rijtuigen op na hield. „Het veer werd door de schipper met twee knechts- be diend; de vervoermiddelen waren twee hoogaarzen en twee roeiboten. Tarief voor overvaren; elk persoon -,35 vóór en na zon, of bij storm, de molen gezwicht zijnde- -',70 bij ijsgang1,40 voor een paard - - - - 2, Een zandbanktusse de beic^e veërdammen maakte de over vaart moeilijk, omdat die plaat moest worden omvaren. Ten einde de overvaart te verkorten, werd tegenover de punt van de zandbank aan de zeedijk van de Suzannapolder een trap gemaakt, waar de boten konden aanleggen. Van het veerhuis naar., die trap werd in .1861 door de provin cie een grindweg langs de binnenberm van de zeedijk aan gelegd, om zodoende ook met rijtuigen die plaats gemak kelijk te bereiken.- Sedert 1825 behoorde het veer aan de provincie, die het geregeld verpachtte, onder voorwaarde, dat er immer betrouwbare vervoermiddelen- aanwezig zouden zijn. Door Prov. Staten werd daartoe van tijd tot tijd een on derzoek ingesteld. Het veerhuis behoorde echter aan de veerschipper toe, die voor het bebouwde terrein erfpacht betaalde aan de ambachtsheren van rs-Heer Arendskerke. De veerschippers in die tijd waren o.a. Thomas Baas, die op 50 april i787 met zes passagiers verdronk. De weduwe hertrouwde met Joost Smout, die schieper werd en dat bleef tot 1819Hij werd opgevolgd door Pieter Baas, een zoon van Thomas, in 1820. Hij was schip-

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1964 | | pagina 4