- 22 -
van der Groe, vooral aan de l8_e. eeuw dus..'
ïk noemde .zo pas reeds dé' geaardheid van veel Zeen
wen als mede-oorzaak voor de. puriteinse verkleuring
van hét Calvinisme. Die, geaardheid schijnt te neigen
.naar mysticisme. Vandaar zal het dan.ook komen, dat
Sp.inozistischr-(dus pantheïstisch) geïnfecteerde.pre
dikers als .-Bóntiaan van Bat tem .en Buytendijk veel v
aanhang, verwierven. -
Het; conventikel-Christendom bleef doorleven tot in
de 19e eeüy-enhot zijn-eer moet gezegd, dat het het
Calvinisme be té rheh-ft overgeleverd aan de nieuwe"
tijd dan de officiële -kerk.' Bij de stillen in den .1 an.
de sloot de herleving der 'Gérefornieerde. beweging,
zich uitend 'in Afscheiding;'"binnenkerkelijke actie
vóór Kerk-héTstélhéh Dole;antie, waan. Niet-...alle stil
len gingen meés .-- -^
Toen; Dsv Buddihgh," -DS-. 'Vari' :.Dijké, 'Ds. Bakker in de
'tijd der Afscheiding; -en- kort--.daarna, in Zéeland op
tradenlag 'óp hun:p;ré-diking "geheel en al het stem
pelvan die ^stiëk'-gètinté piëtistische "vroomheid
"uit de l?e en vooral -de 18e "eeuw.'1 En dat stempel
bleef de prediking-dragen'iihde gemeenten gevormd
uit hun geesteskinderen, -de "Gereformeerde Gemeen-
t en,, we Ike r1 édenge ?/o 'onlijkho e wei te n onre cht e
genoemd worden- Öud4Gereformeerden.!
Ik moet het"h-ierbil,laten.,'.-Al heeft Zeeland geen',
"leidende positie -bekleed, -.tpch ik ah"" dih'-gezegd wor
den, en ik hoop dat het uit'-'d'it artikel gebleken is
dat onze vaderen krachtig hébben'meegewerktaan de
versterking van het echt.,nationale léven; het leven
waarvan oorsprong, kracht en .doel,' alzó.,v.erieden,
heden en toekomst, zijn"uitgedrukt in de leus: God,"
Nederland en Oranje. r - w.
En .wij, Zeeuwen. Van heden,'-- dragen die leus nog
steeds in onshart en blijven' haai trouw,ook. in,
peen juist, in -onze -wankel end e'.'wereld.
'KOUDEKERKS:
lï.HENDRIK&E
SINOUTSKERKE
nabij Goes
(naar een foto)
In de kerk stonden op het gewelf beelden géschilderd
van een tiental heiligen. Die waren er in 1824- nog
op te zien (De provincie Zeeland, door J. de Kenter
en J. Ab Utrecht Dresselhuis, 1824-, blz. 256).
Door voortdurende ontvolking van De Poel kon de kerk
niet onderhouden worden. Wegens gevaarlijke bouwval
ligheid werd ze gesloopt in 1906.
KW. DE B.