JEUGD OP ZOEK NAAR MUIZEN door: Sandra Dobbelaar Het is doodstil en pikke donker.We lopen door een donker bos. Er is geen maan, er staan alleen wat sterren aan de hemel. De zaklampen mogen niet aan. Je moet elkaar vasthouden om niet te verdwalen. Ineens klinkt er een ratelend geluid: "Trrrrrrrrrrrrrrrrrr!" "Ja, daar komt er weer een!", wordt er geroepen. En inderdaad, we zien de schim van een vleermuis boven onze hoofden langs scheren. We lopen verder en zien nog een heleboel keer een vleermuis langs komen. Met een handig apparaatje kunnen we ze al horen voordat we ze kunnen zien. Nog verder in het bos stoppen we bij en zilverpapiertje aan een tak. Gelukkig, nu mag er een zaklamp aan. Een van de kinderen loopt een stukje de struiken in en komt daarna terug met een muizenval. Het deurtje is dicht, dus er moet iets in zitten. Voorzichtig maken we de val open in een doorzichtige plastic zak. Snel de zak dicht houden, want de muis springt er bijna uit! Het is een Bosmuis. De Bosmuis wordt in zijn nekvel gepakt en iedereen mag hem bekijken of vasthouden. Daarna mag de muis weer vrij. We gaan verder. Nog 29 vallen te gaan. Jaarlijks gaat de jeugd van de Steltkluut op kamp, zo ook deze zomer. Beide jeugdgroepen hadden hun eigen kamp, waarbij het accent vooral lag op muizen. De jongste groep (Stekkertjes) verbleven op een erf aan de Langeweg, dat aansluit bij een bosje. De vallen waren uitgezet op het erf, in de wei, langs en in het bos en op de dijk. Na het op scherp zetten van de vallen, werd er een vleermuisexcursie gehouden. Bij de koeienstal aan de overkant van de weg was het raak. Daar konden we ze zien vliegen alsof we televisie keken. Midden in de nacht werden de vallen voor de eerste keer geleegd. Helaas werden er alleen 2 Rosse woelmuizen en een Veldmuis gevangen. Na een heel korte nacht, werden bij het eerste 13

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2003 | | pagina 15