DE KNAUTIABIJ IN OOST ZEEUWS-VLAANDEREN geval bereidwillig. Het is nu aan de architect om een passende broedgelegenheid voor de zwaluwen in te passen. Maar dit zal voor een goede architect geen probleem op moeten leveren. Als eerste willen we namens de zwaluwen de sloper een pluim geven omdat hij het gebouw niet met jonge zwaluwen en al tegen de vlakte wilde gooien. Ook de samenwerking en de betrokkenheid van de gemeente Hulst was zeer positief. Daarom willen we de gemeente Hulst een vijftal Gierzwaluwdakpannen aanbieden. Hiervan wordt verwacht dat ze op een geschikt gebouw van de gemeente worden gelegd. In nieuwe gebouwen hebben de Gierzwaluwen geen broedmogelijkheden. Het aanbrengen van dakpannen waarin ze kunnen broeden zorgt voor alternatieve broedgelegenheid. Nog een tip voor diegenen die oude gebouwen willen slopen, houd van te voren rekening met aanwezige vogels en vleermuizen. Creëer in nieuwe gebouwen mogelijkheden voor deze dieren, hier zijn tegenwoordig prima mogelijkheden voor. Door Lucien Calle. De insectenstudie wordt steeds populairder. Een groeiend aantal van de "moeilijkere" insectengroepen, zoals diverse groepen vliegen en vliesvleugeligen, wordt aangepakt. Steeds meer geheimen uit deze, tot voor kort voor de meeste mensen redelijk ontoegankelijke groepen, worden ontsluierd. Al sinds enkele jaren wordt er door een groeiend groepje enthousiastelingen ook de bijen en wespen uit onze streek geïnventariseerd. De laatste drie jaar is dit onderwerp professioneel opgepakt in het kader van het Project Insect van de Stichting Het Zeeuwse Landschap. In de loop van de tijd werd zo een steeds duidelijker beeld verkregen van welke soorten er in ons landje voorkomen. Dan kom je op een bepaald moment op een punt dat het makkelijker wordt om gericht naar de nog niet ontdekte, maar mogelijk wel aanwezige soorten te gaan zoeken. Het zal dan in veel gevallen om erg zeldzame klanten gaan, of dieren die een zeer sterke specialisatie hebben, en daardoor steeds over het hoofd werden gezien. Op de lijst van nog niet waargenomen soorten prijkte ook de Knautiabij (Andrena hartorfiana). Het is een soort die in ons land van oudsher langs de grote rivieren voorkwam. Van de laatste decennia zijn echter alleen waarnemingen uit Zuid Limburg bekend. Het lijkt dan toch wat onwaarschijnlijk dat zo'n soort, waarvan de dichtst bekende vliegplaatsten enkele honderden kilometers ver liggen, hier ook voor zou komen. We werden echter gealarmeerd door een recente vondst van een Knautiabij in Zuid-Holland. Zou het dan toch mogelijk zijn dat ook in Zeeland...? Zoektocht Zodoende besloten we het erop te wagen en werd op alle ons bekende grotere groeiplekken van de Beemdkroon (Knautia arvensis) plant gezocht In Zeeland gaat het dan om een plekken in de omgeving van Dreischor (Schouwen-Duiveland), Liniedijk bij Hulst, Dijken bij Kuitaard en Lamswaarde en bij Terneuzen. Zelf heb ik eerst op de grote groeiplaatsen bij Kuitaard en Hulst gezocht. Toen daar niets werd aangetroffen had ik de moed alweer bijna opgegeven. Dan toch ook maar de groeiplek bij Terneuzen geïnspecteerd. Het betreft een zuidtalud van een slootje bij het kruispunt St. 8

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2002 | | pagina 10