EVEN BIJBOMEN
Heeft u het ook gelezen? De PZC van 1 augus
tus jl. MKB vaart wel bij natuurbehoud.
Een schok van blijdschap ging door mij heen. Ik
kan stoppen met deze column! Ze hebben het
eindelijk begrepen. Met in de ene hand mijn zak
doek om de tranen van blijdschap van mijn ge
zicht te vegen, ging ik met mijn andere hand be
vend van emotie langs de tekst. "Ondernemers
in het midden- en kleinbedrijf MKB) vinden dat
het Zeeuwse landschap behouden moet blijven.
Het is volgens hen dé schat van de provincie.
Dat is een van de opmerkelijkste uitkomsten uit
een onderzoek naar het imago van MKB Zee
land.
Het is dus echt waar. Ik slikte een keer en las
verder. Ondernemers stellen dat veel bedrijven
afhankelijk zijn van 'de schoonheid van het
Zeeuwse landschap'. "Aantasting ervan is te
vens het verwoesten van de randvoorwaarden
van een deel van de Zeeuwse economie", con
cludeert W. van der Linden van MKB Zeeland.
Ergens begon het te jeuken bij mij. Is dit niet een
beetje het verhaal van het kalf en de put? Viel er
nog wel iets te redden? Aan mijn netvlies trok in
vogelvlucht dat veelbezongen Zeeuwse land
schap voorbij. Kreken, dijken, populieren, schor
ren, slikken, natuurgebieden, uitgestrekte land
bouwgebieden met wuivend graan, uien en bie
ten. Prachtige boerderijen met soms wanstaltige
boerenschuren er naast, maar ook de walmende
pijpen van de industrie in de Kanaalzone en in
het Sloegebied. Is dat nou dat midden en klein
bedrijf?
Natuurlijk niet! Dat is het groot- en zeer grootbe
drijf. Die hebben helemaal niets van doen met
midden en kleinbedrijf! Als je het artikel verder
ontleedt, dan zou je beter een opsplitsing kun
nen maken. Het midden en kleinbedrijf zou je
kunnen verdelen in de horeca en recreatiebedrij-
ven met aan de andere kant de kleinere dienst
verlenende bedrijven en de toeleveringsbedrij
ven voor de grote industrieën. Die laatste zitten
natuurlijk helemaal niet te springen om een der
gelijke bescherming van het landschap.
Horeca, recreatie en misschien ook landbouw,
vinden schijnbaar wél belangrijk dat ons land-
Door: Hans van Hage, kritisch natuurliefhebber
schap mooi en leefbaar blijft. Voor het midden
en kleinbedrijf dat fungeert als toeleveringsbe
drijf geldt weer een mooi spreekwoord: nooit de
hand bijten die je voedt.
Is dit alles trouwens niet wat laat? Hebben we
inmiddels in de Braakman al niet een enorm
complex erbij gekregen, is de pap al niet gestort
voor een containeroverslag in de Westerschel-
demonding?
In het bewuste krantenartikel wordt ronduit toe
gegeven dat het MKB Zeeland tot nu toe een
stoffig imago had. Bij mij komt het een beetje
over als de vervelende buurman die op verjaar
dagsvisite plotseling allerhande achterhaalde
theorieën boven water haalt, die hij eergisteren
ergens in de kroeg heeft horen waaien.
Niemand luistert naar die vent, maar ondertus
sen zijn er toch een paar sufferds die onder de
indruk zijn van zijn woorden. "Die man heeft er
kijk op".
Natuurlijk ben ik het eens met het standpunt van
het MKB. Natuurlijk kan het allemaal beter en
zijn we bezig om de kip met de gouden eieren te
slachten. Stap voor stap worden boerenbedrij
ven een kopje kleiner gemaakt. Natuurgebieden
verdwijnen, Landschapselementen worden van
de kaart geveegd. Met subsidie aangeplante en
onderhouden hoogstamboomgaarden verdwij
nen als er huizen moeten komen. We vergeten
maar al te gauw dat in dit tempo alle aantrekke
lijkheid van Zeeland langzaam teloor gaat. Aan
trekkelijk voor de toerist, maar niet in de laatste
plaats voor onszelf.
Ik heb ooit ergens een verhaaltje gelezen over
een man die een stukje grond kocht, vlak aan
een mooi riviertje. Het leek hem wel wat, hij
hield tenslotte van vissen. Met een enorme le
ning van de bank, bouwde hij er een huis, en
richtte een klein bedrijfje op. De man werkte
werkelijk dag en nacht. Het bedrijf groeide, en al
gauw stond er een tweede fabriek, een derde.
Een overslag terrein, vrachtwagens en boten
kwamen laden en lossen. Er stonden al gauw
meerdere huizen in de buurt, voor het perso
neel. Zijn vrouw maande het hem vaak het wat
rustiger te doen. Toch eens te gaan vissen, ten-
18