broedparen. Deze werden van een halsband
voorzien. Twee van de in totaal 143 tussen
1989-1997 in Fins Lapland losgelaten
Dwergganzen waren te zien in de Braakman.
Best bijzonder omdat eerder was te verwachten
dat ze met hun soortgenoten naar zuidoost
Europa zouden trekken. Waarschijnlijk zijn ze
ergens Kolganzen die van noordoost naar
zuidwest trekken, en daardoor de trekroute van
Finse Dwergganzen kruisen, tegengekomen en
hebben ze zich hierbij aangesloten. De eerste
met halsband "blauw 13" werd op 1 december
1990 door Jaap Poortvliet en mij gezien. De
vogel zwom 's morgens in een grote groep
Kolganzen op de Braakmankreek waar ze de
nacht hadden doorgebracht. Op het moment van
waarneming hadden we niet eens door dat het
om een Dwerggans ging. Dat werd ons pas
duidelijk toen we de melding met Walter De
Smet bespraken. Die wees ons er op dat een
Kolgans met blauwe halsband niet kon, en het
dus wel een Dwerggans zou wezen. We zochten
daarom nog diezelfde dag opnieuw naar het
beest en vonden het warempel in de
Loovenpolder op een akker in gezelschap van
een grote groep Kolganzen. We zagen nu wel
dat de gans een slagje kleiner was en een mooi
rond kopje had. Omdat de vogel nog geen jaar
oud was, ontbrak de voor volwassen
Dwergganzen kenmerkende gele oogring. De
dag daarna zagen we hem opnieuw, nu in de
Koudenpolder. Toen er enige tijd later een
reactie op onze de melding kwam, bleek het te
gaan om de eerste Dwerggans met een Finse
halsband buiten Fennoscandinavië. De vogel
was gelost op 3 juli van datzelfde jaar. Vier
dagen later zat hij al in Slimbridge in Engeland
nabij de grens met Wales, waar hij tot in februari
bleef hangen (pers. med. J. Markkola). Ook in
de twee daarop volgende winters verbleef de
vogel daar, telkens vanaf eind november tot in
februari. Op 14 maart 1993 werd hij bij Piaam in
Friesland gezien (Cottaar 1997). De andere
waarneming, een in de zomer van 1996 geboren
vogel, werd op 30 November 1997 in de
Lovenpolder gezien en een dag later bij De
Goudplaat nabij Noord-Beveland. De gans werd
op 24 december 2000 opnieuw in de Braakman
ontdekt door Alain Kind. Dankzij Alain's
mobieltje zag ik hem ook. Tussentijds was de
vogel op 4 januari 1998 bij Uitkerke aan de
Vlaamse kust en op 17 januari 1999 bij Oijen in
Noord-Brabant (pers. med P. Tolvanen). Omdat
het met de toename van de Dwerggans niet wil
vlotten, is men in Finland in 1997 voorlopig
met het uitzetten gestopt. Als je meer wil weten,
raadpleeg dan de Engelstalige website http://
www.metsa.fi/natural/projects/lwfg en de
Zweedstalige website http://www-umea.slu.se/
MiljoData/webrod/Faktablad/anse_ery.PDF.
Toendrarietgans wit A7
Een wat mij betreft nog spectaculairdere
waarneming was die van Toendrarietgans wit
A7. Ik zag de vogel voor de eerste keer samen
met Rob Remmerts in de Koudenpolder. Een
klein groepje Rietganzen zat tussen een grote
groep Kolganzen op de wintertarwe. Rob merkte
de gans met een gewone kijker het eerste op. Ik
richtte onmiddellijk mijn telescoop op de
betreffende gans en las de ring af. Maar de
eigenaar van het land had de ganzen ook in de
gaten, zag ze liever niet op zijn akker zitten en
joeg ze daarom weg. Omdat ik dacht dat ik de
code niet volledig had, de meeste codes bij
Rietganzen bestaan uit drie letters, vergat ik de
waarneming maar. Ik nam aan dat het een in de
jaren tachtig in de voormalige DDR met een gele
halsband geringde gans ging. Daar had ik er al
eerder van gezien en toen viel me op dat de
ringen inmiddels waren verbleekt tot bijna wit.
Gelukkig zag ik een paar weken later de vogel
weer: nu in een groepje van met 92
Toendrarietganzen en 105 Kolganzen op een
gerooid aardappelveld in de Oud
Zevenaarpolder. Nu wist ik het zeker, het was
toch wit A7. Thuis meteen de kleuringen-website
geraadpleegd en tot mijn grote verbazing was
het waarschijnlijk een van de tien op Vygach,
een klein eiland pal ten Zuiden van Nova
Zembla, geringde vogels. Volgens de literatuur
zouden de bij ons overwinterende
Toendrarietganzen meer westelijk broeden en
de vogels van Vygach en omgeving 's winters
naar Midden-Europa trekken (van den Bergh
1999). Ik besloot de ring maar snel te melden.
Normaal doe je dat op het eind van het seizoen
zodat je dan volledige overzichten van de
afgelopen winter krijgt. Maar dit was zo
spannend, daar wilde ik niet op wachten. En
jawel Irina Kharitonova meldde me enige dagen
later de details middels het emailadres van haar
man Sergei Kharitonov (Russische vrouwen
nemen nadat ze getrouwd zijn de naam van hun
man aan maar laten die dan eindigen op 'ova').
Het bleek te gaan om een vrouwtje geringd op
11