4 Vooruit, een couplet dan: "Je breekt en je hakt en je boort door de bergen, je maakt elke heuvel gelijk met de grond. De reuzen van nu lijken morgen maar dwergen, vooruitgang vernield wat er gisteren nog stond". Dan komt het refrein wat er ook niet om liegt: "Laat ons een bloem en wat gras dat nog groen Js, Jaat ons een boom en het zicht op de zee. Vergeet voor één keer hoeveel geld een miljoen as, de wereld moet nog een eeuwigheid mee". U ziet, het gaat allemaal over hetzelfde, over de dingen waar ik op deze bladzijden wel eens vaker mijn zorgen over uitspreek. De avond sloot met het Zeeuws Vlaams volkslied. En of het nou door het slechte bier kwam, de warmte of de idiote tekst, iets viel er bij mij in ieder geval Jniet goed. De woorden van ons volkslied klonken die nacht nog lang na in mijn hoofd. Iets klopt er niet. De tekst die al behoorlijk oud is, moet hoognodig herschreven worden. Van de trots, het iomschreven landschap en de vechters mentaliteit is niet veel overgebleven. Ik ben geen goede tekstdichter, maar wellicht dat er onder de Steltkluutlezers een verborgen talent zit. Ik geef een voorzetje: het origineel: "waar eens de zeeën braken, met donderend gedruisch, daar glimmen nu de daken en lispelt bladgesuis. Daar trekt de ploeg de voren, daar klinkt de zicht in 't graan, Daar ziet men 't Zeeuwsche koren, het allerschoonste staan." Het kan ook zo: Waar eens uit Zeeuwse trots, een landschap is ontstaan, is door macht van geld en industrie de zooi weer ten onder gegaan." U ziet, ik kom nog niet erg ver. Ik vraag u gewoon om hulp. Samen moet het lukken om de coupletten weer eens op te frissen, aan te passen aan de huidige normen en waarden. Wellicht dat we samen in de volgende Steltkluut een nieuw volkslied kunnen laten horen. Misschien een goed idee om dat dan in klederdracht op de nieuwjaarsreceptie van de Commissaris der Koningin ten gehore te brengen. Het origineel kunt u vinden op de volgende website: htto://www.ev82.com/web/zvl. html Voor de digibeten onder u: elk zichzelf respecterende middenstander in Zeeuws Vlaanderen verkoopt hele mooie ansichtkaarten waar ons volkslied op staat. Voor de toeristen, om te laten zien hoe mooi het was. U kent ze vast wel, de Zeeuwse trekpaarden, het vlas op de schoven en de vele molens en kerktorens. Daartussen staat uw volkslied. Natuurlijk kunt u dit artikel schouderophalend naast u neerleggen, maar voor één keer vraag ik u: wordt wakker. Pak een pen en schrijf. Herschrijf ons volkslied. Geen middenstander zal het straks tussen zijn ansichtkaarten hangen, maar wellicht dat er één bestuurder na een buurtbarbeque huiswaarts gaat met deze nieuwe tekst in zijn hoofd. Als hij die nacht wat ligt te draaien zal zijn of haar partner denken dat het aan het bier ligt. Wij weten wel beter. Zou volgens mij moeten zijn: Waar eens de Zeeuwen knakten, met donderend gedruisch, daar glimmen nu de pijpen van staal en plasticbuis. Daar trekt de boer zijn sporen, laat achter zich het graan, daar ziet men Zeeuwse hoeves denderend ten onder gaan. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2001 | | pagina 11