A Uit de botaniseertrommel: Avond- en nachtbloeiers Bloemenpracht in het donker We blijven nog even in het duister van de nacht... Kent u de Welriekende nachtorchis? Het is een zeldzame, inmiddels beschermde orchidee. De bloemen zijn fraai, lang ge spoord, fijn gebouwd, wit tot gelig. Overdag komt u de plant vrijwel niet op het spoor. Ze zijn vooral aantrekkelijk als ze geuren. En dat doen ze 's nachts, zoals de naam sugge reert. Jammer van die leuke bloempjes, daar zie je dus niets van. Niet voor ons Avond- en nacht bloeiers hebben zich een uitstekend plaatsje op de markt voor bestui- vers veroverd. Overdag bloeien overal bloemen, die met elkaar wedijve ren om de gunsten van de rondvliegen de insecten en an dere bestuivers. Ook 's nachts is een aantal insecten actief, en die kun nen dus voor be stuiving zorgen. Het nadeel is dat 's nachts kleuren niet te zien zijn. Wit en geel blijven in de schemering lang zichtbaar. Veel A avond- en nacht bloeiers versprei den als extra een heerlijke geur. De Welriekende nacht orchis heet niet voor niets zo. Ook de geur van Wilde kamperfoelie is be kend. Op rustige zomeravonden ruikt deze klimmer 'een uur in de wind', maar wel lekker. Teunisbloem geurt met een typisch luchtje en opent Wilde kamperfoelie laat op de avond. Als u naar deze planten kijkt, zal opvallen dat ze niet voor ons bloeien. Wij zien goed en ruiken nogal slecht, de meeste bloemen van deze aflevering zien er niet echt speciaal uit en ruiken vaak lekker. Voor wie dan wel? Een zeer actieve groep nachtinsecten zijn de nachtvlinders. Deze dieren (in de volksmond meestal motten genoemd) zijn uitstekend toe gerust voor nachtelijke vliegtochten. Hun voel sprieten (antennes) zijn sterk vertakt. Met die antennes nemen ze geuren waar. Doordat de antennes zo sterk vertakt zijn, is de reuk van deze vlinders uitstekend. Het zijn vaak ook uit stekende vliegers, met heel snelle vleugelbewe gingen. Hun nachtelijke leefwijze berooft ze van de zonnewarmte. Ze zijn dicht behaard, om hun lichaamswarmte vast te houden. Al met al ver bruiken ze toch veel energie. Veel nachtbloeiers zijn aangepast aan deze groep insecten. Dat is ook goed te zien aan de bloemen. Laten we de Middelste teunisbloem als voorbeeld nemen. Overdag ziet de plant er nogal uitgebloeid uit. Pas laat in de avond, na 18.00 uur, openen de bloemen. Deze bloemen lijken vrij ondiep, maar als u goed kijkt blijken ze een enkele centime ters diepe kelkbuis te hebben. De uitstaande kroonbladen maken een slappe indruk. Ze ge ven geen steun aan landende dieren. Dat hoeft ook niet. De nachtvlinders (in ons land Gamma uiltjes) komen op de geur af. Aangekomen bij de bloem blijven ze er als een helikopter voor in 26

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2000 | | pagina 32