4 N* \Sf vat compenseren ook al weer betekent: tegen elkaar opwegen". Zo iets als een balans dus. Aan de ene kant even veel als aan de andere kant. Wat verloren gaat moet gecompenseerd urden. Maar kwantiteit gaat hier heel nadruk kelijk gepaard met kwaliteit. En de natuurwaar den van de Westerschelde zijn hoog. Wat zeg ik, de Westerschelde is het grootste en meest belangrijke gebied dat we hier hebben! t m.1 teltkluters, let op uw zaak! Want de toelichting op het mooie kleurenplaatje valt tegen. Niks geen brakke natuur, laat staan iets van zout. Daar kunnen die mensen van de Dienst Landelijk Gebied of van de Provincie Zeeland, die dit allemaal met veel kennis van aken hebben opgesteld, ook niets aan doen. De omstandigheden zijn er gewoon niet naar. Er zal zoete natuur ontstaan, een groot ruig riet veld. Bovendien is het hydrologisch systeem lier zo lek als een mandje. Via de ondergrond zeigt het water weg. Geen zelfstandige water huishouding dus en dat is een buitengewoon slechte uitgangssituatie om een stuk natuur te creëren. Wat ons wordt geboden is een stuk van 50 ha slechte, zoete natuur. Wat heeft dat nog met de Westerschelde te maken? Ja maar, het is toch best een leuk ge bied en als we tegensputteren gaat het mis schien niet door en dan gaat dat geld misschien verloren en nog zo wat van die verhalen die ver hullen waar het hier in feite om gaat. Niet de 50 ha in de Margarethapolder staan hier ter discussie, maar de immense natuurwaarden van het unieke Westerschelde-estuarium. Dit belang wordt hier met voeten getreden! De Steltkluut-nekharen móeten hier overeind gaan staan. Hier moet de Steltkluut laten zien waar het voor staat, hier moeten we dat zijn wat we alleen maar kunnen zijn: een lastige luis in de pels. Zo eentje die heel af en toe heel venijnige jeuk kan veroorzaken. Gaat Margarethapolder wel door, dan gaat het hele verhaal van de natuurcompensatie door en is dit begrip in 'no-time' verworden tot een loze kreet die ons nog buitengewoon veel ellende kan gaan bezorgen. Gaat Margarethapolder niet door, omdat wij hier-en-nu stijgeren, dan gaat er toch wel een signaal uit naar de provincie en uiteindelijk naar de rijksoverheid. Compenseren van de natuur waarden is hier niet mogelijk. Niet op deze ma nier. En daarmee zetten we de trend naar de vele discussies die nog komen gaan, want Ant werpen heeft weeral ingezet op een verdere ver dieping van de Westerschelde. Wat me trouwens ook nog een ongemakkelijk gevoel geeft is het volgende. Wie is hier nu de gebeten hond? Die 50 ha komen niet uit de lucht vallen, die gaan ten koste van iets. Landbouw levert hier in en wordt daar zelf niet wijzer van. De verhouding natuur versus land bouw wordt daar niet gemakkelijker door, want die koppeling wordt natuurlijk gelegd. Het zijn 50 ha die moeten worden ingeleverd voor na tuur en niet voor Antwerpen z'n oceaanstomers. Daarom vind ik dat als we die ha claimen voor natuur dat het dan wel verdomd goede natuur moet zijn. En met de beste wil van de wereld zie ik dat er niet van komen en dus mogen wat mij betreft de boeren hier blijven boeren. Die worst doet me denken aan broodje zuur kool. Daar houd ik niet van, dat lust ik niet dus dat moet ik niet. Het zijn de principes die op het spel staan, je uiteindelijk doel. Ik word geholpen door iets wat ik in de laatste Milieudefensie las: op deze manier wordt economie niet groen, maar groen wordt economie! En daar moesten we met z'n allen nog maar eens heel stevig over nadenken... 11

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1999 | | pagina 13