HERSTELPLAN NATUUR WESTERSCHELDE door Peter Maas De Westerschelde is een estuarium, dat zijn weerga in Nederland niet kent. Zoet Schelde-water vanuit Frankrijk en België mengt zich met zout Noordzee-water tot een uniek brakwater-ecosysteem. De natuurlijke processen van erosie en sedimentatie kunnen er betrekkelijk ongestoord plaatsvinden. De werking van eb en vloed in de Westerschelde leidt tot het grootste getijdenverschil dat we in Nederland kennen. Het is een illustratie van de ongekende dynamiek van het ecosysteem Westerschelde. De natuurlijkheid van al deze processen wordt echter sinds eeuwen aan banden gelegd. Reeds duizend jaren lang zijn de Zeeuwen bezig geweest het Wester- schelde-gebied in te perken. Aanvankelijk defensieve werkzaamheden om te behou den wat men had, werden offensieve landwinningsprojecten via de vorming van polders. Naarmate de komberging werd verkleind, liet de Westerschelde zich steeds moeilijker inperken. Ontelbare dijkdoorbraken zijn signalen die aangeven dat, voor wat de Westerschelde betreft, reeds lang geleden de grenzen waren bereikt. Ook het meanderen van de stroom- geulen is tot een minimum beperkt. De kustlijn ligt vast achter veilige deltadijken. De vaargeul wordt op diepte gehouden door baggerwerkzaamheden, welke ge vangen zitten in een oneindige cyclus van afgraven en weer opslibben. Verdiepen van de Westerschelde versterkt dit. Meer dan tot nu toe het geval is, gaan we naar het kanaliseren van het estuarium, met verstrekkende gevolgen voor het hele ecosysteem. Reageren op het Herstelplan Natuur Westerschelde, zoals dit nu voor ons ligt, kan dan ook niet zonder allereerst op te merken, dat een verdieping van de Westerschelde uit ecologisch oogpunt vol strekt ongewenst is. Het is pijnlijk te moeten constateren dat deze verstrek kende werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd zonder dat er een gedegen studie via een MER aan ten grondslag ligt. De economische expansiedrang van Antwerpen is blijkbaar van zeer veel groter belang dan het ecologisch belang van de Westerschelde. Kortweg moeten we stel len: Liever geen verdieping dan een Herstelplan Natuur. Dit echter als gegeven beschouwend, moeten we nu de mogelijkheid aangrijpen om de natuurwaarden welke verloren gaan, te compenseren. Het compensatie principe (Rijksbeleid!) achten wij van zeer groot belang om nieuwe aantastingen van de natuur in ons land weliswaar niet te voorkomen, maar dan toch minstens te compenseren. Het is juist dit nieuwe rijksbeleid wat absoluut als uitgangspunt moet dienen wanneer we het Herstelplan Natuur Westerschelde moeten beoor delen. Het is nieuw beleid dat inspeelt op nieuwe ontwikkelingen, daar waar b.v. het Natuurbeleidsplan een poging is om in het verleden ontstane schade aan de natuur te herstellen.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1996 | | pagina 22